Boekpresentatie 750 jaar kerkhistorie Genemuiden
18 Oct 2024
Een Bijzondere Verbinding met 750 Jaar Kerkgeschiedenis van Genemuiden
Afgelopen week was ik aanwezig te zijn bij de presentatie van het boek “750 jaar kerkgeschiedenis van Genemuiden” geschreven door Gert-Jan Westhoff. Het was niet zomaar een boekpresentatie voor mij; het voelde als een reis terug in de tijd naar mijn eigen familiegeschiedenis.
Enkele jaren geleden nam Gert-Jan contact met mij op nadat hij een webpagina had gevonden over mijn directe voorvader, Henricus Stephanus Hugenholtz (1762-1842). Henricus was van 1789 tot 1791 predikant in Genemuiden.
Gert-Jan schilderde een levendig beeld van de vele generaties die door de eeuwen heen hebben bijgedragen aan het geestelijke en sociale weefsel van de stad. Het besef dat mijn voorouder daar een rol in heeft gespeeld, was bijzonder.
Na de presentatie had ik de kans om met Gert-Jan en andere aanwezigen te praten. En werd er een foto gemaakt van de aanwezige nakomelingen van predikanten die in Genemuiden gepreekt hadden.
Ik wil Gert-Jan Westhoff hartelijk bedanken voor zijn ongelooflijke werk en voor het verenigen van zoveel mensen door middel van zijn boek.
Afgelopen week was ik aanwezig te zijn bij de presentatie van het boek “750 jaar kerkgeschiedenis van Genemuiden” geschreven door Gert-Jan Westhoff. Het was niet zomaar een boekpresentatie voor mij; het voelde als een reis terug in de tijd naar mijn eigen familiegeschiedenis.
Enkele jaren geleden nam Gert-Jan contact met mij op nadat hij een webpagina had gevonden over mijn directe voorvader, Henricus Stephanus Hugenholtz (1762-1842). Henricus was van 1789 tot 1791 predikant in Genemuiden.
Gert-Jan schilderde een levendig beeld van de vele generaties die door de eeuwen heen hebben bijgedragen aan het geestelijke en sociale weefsel van de stad. Het besef dat mijn voorouder daar een rol in heeft gespeeld, was bijzonder.
Na de presentatie had ik de kans om met Gert-Jan en andere aanwezigen te praten. En werd er een foto gemaakt van de aanwezige nakomelingen van predikanten die in Genemuiden gepreekt hadden.
Ik wil Gert-Jan Westhoff hartelijk bedanken voor zijn ongelooflijke werk en voor het verenigen van zoveel mensen door middel van zijn boek.
Schilderij Arina Hugenholtz
21 Aug 2023
Ik heb vandaag een (tweede) schilderij van Arina Hugenholtz (1848-1934) kunnen kopen van een oude historicus die aan het opruimen is. Zijn huis hing vol met schilderijen. Het betreft "Bloemstilleven" Jaartal is mij onbekend. Olieverf op doek; afmeting 50x40cm.
Nu nog even bedenken waar ik het ga ophangen.
Zie ook mijn internetpagina over Arena Hugenholtz: https://www.hugenholtz.net/arina/
Nu nog even bedenken waar ik het ga ophangen.
Zie ook mijn internetpagina over Arena Hugenholtz: https://www.hugenholtz.net/arina/
Familie uit Israel over
13 Aug 2023
Deze week komt familie uit Israel over: Yoav met echtgenote en 3 kinderen voor een weekje vakantie in Nederland. Met mijn broer Bram ens onze beide partners met ze afgesproken in Giethoorn. Vorig jaar zijn Bram en ik nog bij ze op bezoek geweest in Israel.
Hinkhaerthuis in Groningen
14 Sep 2020
Het Hinckaertshuis in de Oude Kijk in 't Jatstraat is een van de oudste huizen in de stad Groningen. Het is oorspronkelijk een steenhuis dat aan het einde van de dertiende eeuw werd gebouwd.
Vanaf de straat naar het huis gekeken is het rechter deel, met de verhoogde ingang het oorspronkelijke huis. De verhoogde ingang naar een hoge eerste verdieping past bij een steenhuis. Het linker deel dateert uit de vijftiende eeuw en is de vervanger van een eerder zijhuis met een dwarskap.
De naam verwijst naar Adriaen Hinckaert, een edelman uit de Zuidelijke Nederlanden, die in 1572 trouwde met Johanna de Mepsche (overl. 1596). Zij was een kleindochter van Johan de Mepsche van Meyma en Deetgen Huinga, van wie er ooit een groot gezinsportret in het Hinckaertshuis, en later in het Mepschengasthuis hing.
In de vijftiende eeuw werd het bewoond door Otto ter Hansouwe (Hanzow), die bierbrouwer was en burgemeester van de stad is geweest. Van Hansouwe was gehuwd met Syerd Lewe (ook wel de Mepsche en Meyma genoemd).[1] Na het overlijden van haar echtgenoot stichtte zij een gasthuis dat direct naast het Hinckaertshuis verrees. In haar testament bepaalde zij dat het gasthuis, dat nu bekendstaat als het Mepschengasthuis, bestuurd zou worden door haar erfgenamen die in Groningen zouden wonen in het Hinckaertshuis. Thans is in het Hinckaertshuis gevestigd het architectenbureau OVT Architecten[2], die in 1985/'86 het huis onderworp aan een ingrijpende restauratie en in 2012 een uitgebreide publicatie over het Hinckaertshuis het licht deed zien. Bron: wikipedia
Zo rond 1730 hebben mijn directe voorouders Hendrik Knypinga (1695-1755) en Froucke Knypinga Brongers (1798-1745) het huis gekocht hebben als woonhuis. Hendrik was boekhouder in Groningen.
Zie over het echtpaar ook mijn internetpagina over hen: https://www.hugenholtz.net/knijpinga-brongers/
Vanaf de straat naar het huis gekeken is het rechter deel, met de verhoogde ingang het oorspronkelijke huis. De verhoogde ingang naar een hoge eerste verdieping past bij een steenhuis. Het linker deel dateert uit de vijftiende eeuw en is de vervanger van een eerder zijhuis met een dwarskap.
De naam verwijst naar Adriaen Hinckaert, een edelman uit de Zuidelijke Nederlanden, die in 1572 trouwde met Johanna de Mepsche (overl. 1596). Zij was een kleindochter van Johan de Mepsche van Meyma en Deetgen Huinga, van wie er ooit een groot gezinsportret in het Hinckaertshuis, en later in het Mepschengasthuis hing.
In de vijftiende eeuw werd het bewoond door Otto ter Hansouwe (Hanzow), die bierbrouwer was en burgemeester van de stad is geweest. Van Hansouwe was gehuwd met Syerd Lewe (ook wel de Mepsche en Meyma genoemd).[1] Na het overlijden van haar echtgenoot stichtte zij een gasthuis dat direct naast het Hinckaertshuis verrees. In haar testament bepaalde zij dat het gasthuis, dat nu bekendstaat als het Mepschengasthuis, bestuurd zou worden door haar erfgenamen die in Groningen zouden wonen in het Hinckaertshuis. Thans is in het Hinckaertshuis gevestigd het architectenbureau OVT Architecten[2], die in 1985/'86 het huis onderworp aan een ingrijpende restauratie en in 2012 een uitgebreide publicatie over het Hinckaertshuis het licht deed zien. Bron: wikipedia
Zo rond 1730 hebben mijn directe voorouders Hendrik Knypinga (1695-1755) en Froucke Knypinga Brongers (1798-1745) het huis gekocht hebben als woonhuis. Hendrik was boekhouder in Groningen.
Zie over het echtpaar ook mijn internetpagina over hen: https://www.hugenholtz.net/knijpinga-brongers/
Bezoek aan voormalige pastorie in Ransdorp
29 Jan 2020
Op deze mooie winterdag bezocht ik met mijn tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz (Geb. 1934) en mijn nicht Rosita Steenbeek de voormalige pastorie in Ransdorp. We werden hartelijk welkom geheten door de huidige bewoners en hebben een uitgebreide rondleiding door de voormalige pastorie van Ransdorp gekregen. Mijn opa Gerhard Hugenholtz kwam hier in 1928 wonen en na zijn huwelijk in 1931 met oma Rose Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1993) hebben ze hier nog tot 1932 gewoond. Toen zijn ze vertrokken naar Klaaswaal; de volgende gemeente waar opa predikant werd,
Webpagina over mijn ouders
27 Dec 2018
Op 18 december jl. overleed mijn vader JBTh (Hans) Hugenholtz (1932-2018) na een zeer langdurig ziekbed als gevolg van een ernstig herseninfarct in 2012. Mijn moeder Gé Hugenholtz-Kuijper (1938-1994) was al in 24 jaar geleden aan de gevolgen van een auto-ongeval overleden. Allebei zijn ze daarmee toegetreden tot de geschiedenis. In aansluiting op mijn andere genealogische pagina’s over mijn voorouders, heb ik de afgelopen dagen ook een pagina over mijn ouders gemaakt. Ik heb een aantal mooie foto momenten uitgezocht over de periode dat ze samen waren en de periode ervoor. De beste herinneringen met mijn ouders spelen zich af in de jaren ‘60 en ‘70.
Suggesties en extra foto’s zijn altijd welkom.
De pagina is via onderstaande link bereikbaar:
https://www.hugenholtz.net/hugenholtz-kuijper/
Suggesties en extra foto’s zijn altijd welkom.
De pagina is via onderstaande link bereikbaar:
https://www.hugenholtz.net/hugenholtz-kuijper/
Myheritage DNA onderzoek
10 May 2018
Vandaag de uitslag van MyHeritage DNA onderzoek ontvangen. Hiermee kan ik (nabij) familieleden opsporen die tot enkele generaties bij mijn vandaan zitten. Ik kwam op het idee toen ik benaderd werd door een dame die verwekt is in een fertiliteitskliniek en op zoek is naar haar vader. Op basis van andere matches in mijn familie lijkt zij af te stammen van mijn betovergrootvader van moeders kant: Jacob Kuijper (1830-1899) of wellicht nog een generatie verder terug.
Ik heb nu dus mijn eigen DNA resultaten ontvangen en deze op laten nemen in de wereldwijde database van MyHeritage. Ik kan nu zoeken en vergelijken in de database met bestaande DNA profielen, maar ben ook vindbaar voor anderen. Ik ben benieuwd! Ik heb in ieder geval een match gevonden met Ruth Albagly-Levy die vorig jaar haar DNA profiel heeft laten bepalen. Zij is een kleindochter van een neef van mijn oma, die in 1934 naar Israel is gevlucht.
Wie wil nog meer zijn/haar DNA profiel laten bepalen? Ik wil wel uitleg geven kosten van deze test bedragen ca 59 euro incl. verzendkosten.
Europa = 100%
Noord- en West-Europa 94,5%
- Noord- en West-Europees 68,2%
- Scandinavisch 26,3%
Asjkenazisch Joods 5,5%
Som = 100,0%
Ik heb nu dus mijn eigen DNA resultaten ontvangen en deze op laten nemen in de wereldwijde database van MyHeritage. Ik kan nu zoeken en vergelijken in de database met bestaande DNA profielen, maar ben ook vindbaar voor anderen. Ik ben benieuwd! Ik heb in ieder geval een match gevonden met Ruth Albagly-Levy die vorig jaar haar DNA profiel heeft laten bepalen. Zij is een kleindochter van een neef van mijn oma, die in 1934 naar Israel is gevlucht.
Wie wil nog meer zijn/haar DNA profiel laten bepalen? Ik wil wel uitleg geven kosten van deze test bedragen ca 59 euro incl. verzendkosten.
Europa = 100%
Noord- en West-Europa 94,5%
- Noord- en West-Europees 68,2%
- Scandinavisch 26,3%
Asjkenazisch Joods 5,5%
Som = 100,0%
Familiereunie Bremen
13 Nov 2017
Dit weekend doorgebracht met neven en nichten Hugenholtz-Steenbeek. Oma Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1993) heeft hier haar jeugd doorgebracht.
Weekje Israel met Mattheus Webster
19 May 2017
Een hele week op stap in Israel om historische plaatsen en familieleden te bezoeken. Op het laatste moment bleek dat Matheus Webster, zoon van mijn nicht Mathilde Steenbeek deze trip niet te willen missen. Veel familieleden ontmoet, maar ook heel veel plaatsen in Israel bezocht. Fascinerend land! Moet ik zeker nog een derde keer naartoe.
Ootmarsum met Mathilde en Mattheus Steenbeek
25 Apr 2017
Vandaag ben ik afgereisd naar Ootmarsum met nicht Mathilde Steenbeek een haar zoon Mattheus Webster.
Als eerste hadden wij een afspraak met dhr Rob Meijer, die ons rondleidde in het Drostenhuis, waar onze gezamenlijke voorouder Hendrik Knypinga Cramer, de laatste Drost van Twente heeft gewoond. Hij had een kerker onder zijn huis en een eigen schandblok (met familiewapen). Dat moesten wij natuurlijk proberen! Wij stammen af van zijn enige (bij koninklijk besluit erkende) buitenechtelijke zoon (die hij verwekt had bij zijn huishoudster). Interessant figuur die leefde in de tijd van de strijd tussen de orangisten en de patriotten. Mooie (veelal vernietigende!) anekdotes over hem. Zie ook mijn webpagina over hem.
https://www.hugenholtz.net/knijpinga_cramer/
De rest van de middag doorgebracht in Ootmarsum en daarna nog even Duitsland in naar plaatsen waar onze voorouders gewoond en gewerkt hebben (meestal als predikant).
In Neuenhaus was onze verre voorouder (bet-betovergrootvader van Mathilde en mij) JBTh Hugenholtz (1796-1871) het grootste deel van zijn werkzame leven predikant. Toevallig was de kerk open. We zijn ook nog stiekem even de preekstoel opgelopen
https://www.hugenholtz.net/hugenholtz-hana/
Daarna kort naar Veldhausen waar diens vader HS Hugenholtz (1762-1842) tientallen jaren predikant was.
https://www.hugenholtz.net/hugenholtz-keller/
Als laatste naar het vlakbij gelegen Uelsen, waar onze voorouder Arendt Crull (1540-1591) "Gaugraf und Richter" was. In die periode was de omgeving een groot slagveld en leed bevolking sterk onder de elkaar bevechtende kampen. Arendt Crull is in 1591 op de brandstapel gezet door de Spanjaarden….
https://www.hugenholtz.net/crull1540/
Mooie dag gehad!! Dank Mathilde en Mattheus!
Als eerste hadden wij een afspraak met dhr Rob Meijer, die ons rondleidde in het Drostenhuis, waar onze gezamenlijke voorouder Hendrik Knypinga Cramer, de laatste Drost van Twente heeft gewoond. Hij had een kerker onder zijn huis en een eigen schandblok (met familiewapen). Dat moesten wij natuurlijk proberen! Wij stammen af van zijn enige (bij koninklijk besluit erkende) buitenechtelijke zoon (die hij verwekt had bij zijn huishoudster). Interessant figuur die leefde in de tijd van de strijd tussen de orangisten en de patriotten. Mooie (veelal vernietigende!) anekdotes over hem. Zie ook mijn webpagina over hem.
https://www.hugenholtz.net/knijpinga_cramer/
De rest van de middag doorgebracht in Ootmarsum en daarna nog even Duitsland in naar plaatsen waar onze voorouders gewoond en gewerkt hebben (meestal als predikant).
In Neuenhaus was onze verre voorouder (bet-betovergrootvader van Mathilde en mij) JBTh Hugenholtz (1796-1871) het grootste deel van zijn werkzame leven predikant. Toevallig was de kerk open. We zijn ook nog stiekem even de preekstoel opgelopen
https://www.hugenholtz.net/hugenholtz-hana/
Daarna kort naar Veldhausen waar diens vader HS Hugenholtz (1762-1842) tientallen jaren predikant was.
https://www.hugenholtz.net/hugenholtz-keller/
Als laatste naar het vlakbij gelegen Uelsen, waar onze voorouder Arendt Crull (1540-1591) "Gaugraf und Richter" was. In die periode was de omgeving een groot slagveld en leed bevolking sterk onder de elkaar bevechtende kampen. Arendt Crull is in 1591 op de brandstapel gezet door de Spanjaarden….
https://www.hugenholtz.net/crull1540/
Mooie dag gehad!! Dank Mathilde en Mattheus!
Grafsteen oma Gretchen Leeuwarden
17 Nov 2016
In 2013 kwam ik er achter dat het graf van mijn overgrootmoeder Gretchen Lehmkuhl-Leeuwarden in Nijkerk nog steeds bestond. Zie hierover deze link uit 2013. Het graf was intakt, maar de familie had om onbekende redenen geen steen geplaatst. Mijn tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz heeft samen met Mathilde een steen uitgezocht en deze is dit jaar alsnog geplaatst. Oom en tante Albert en Eefje Hugenholtz en Yvonne (dochter van Onkel Hans) en Louis Lyklema-Lehmkuhl hebben bijgedragen in de kosten.
Vandaag zijn wij er voor het eerste naartoe gegaan. Oma Gretchen komt uitgebreid voor in het boek "Rose" van nicht Rosita (Rosita was er niet bij; ze verblijft momenteel in Rome). Mooi dat oma Gretchen eindelijk een steen heeft gekregen. Dank tante (en Mathilde) voor de doortastendheid om de steen te regelen! Het was we een memorabele dag!
2013.
Vandaag zijn wij er voor het eerste naartoe gegaan. Oma Gretchen komt uitgebreid voor in het boek "Rose" van nicht Rosita (Rosita was er niet bij; ze verblijft momenteel in Rome). Mooi dat oma Gretchen eindelijk een steen heeft gekregen. Dank tante (en Mathilde) voor de doortastendheid om de steen te regelen! Het was we een memorabele dag!
2013.
Fernanda Leoni uit Brazilie op bezoek
04 Sep 2016
Dit weekend kregen wij bezoek van Fernanda Leoni en haar echtgenoot Bob uit Brazilië; kleindochter van tante Rose en Onkel Albrecht Leoni-Willig. Onze overgrootmoeders waren zusjes. Ik kan mij deze laatsten nog goed herinneren; ze brachten iedere twee jaar een bezoek aan Europa. Haar oma Rose werd ook wel Rose 2 genoemd. (mijn oma, die een paar jaar ouder was…. was Rose 1)
Overgrootoma Gretchen en tante Henny komen uitgebreid voor in het boek "Rose" van nicht Rosita Steenbeek. Op zaterdag hebben wij eerst tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz bezocht en een videoverbinding gemaakt naar haar moeder in Brazilië en Rosita in Rome. Leuk! Daarna de omgeving verkend en 's avonds samen met een aantal familieleden doorgebracht.
Overgrootoma Gretchen en tante Henny komen uitgebreid voor in het boek "Rose" van nicht Rosita Steenbeek. Op zaterdag hebben wij eerst tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz bezocht en een videoverbinding gemaakt naar haar moeder in Brazilië en Rosita in Rome. Leuk! Daarna de omgeving verkend en 's avonds samen met een aantal familieleden doorgebracht.
Bezoek Claire Polack in Bordeaux
25 Jul 2016
Vandaag afgesproken met mme Claire Polack, een verre nicht die in Bordeaux woont. Ze woont midden inzet centrum van Bordeaux. Onze gezamenlijke voorouders kwamen uit Delmenhorst (Duitsland). Ze had een foto van onze betovergrootouders Levi Wolf Polack (1818-1898) en (Lea) Beke Margaretha Polack-Pape (1812-1874) in bezit. Daarnaast had ze nog heel veel oude familiepapieren in bezit. We hebben veel informatie uit kunnen wisselen, hoewel de communicatie moeilijk was. Mijn kennis van de franse taal is niet geweldig en zij spreekt uitsluitend Frans. Toch hebben wij ons een aantal uren uitstekend vermaakt! Mooie kennismaking!
Bezoek Shai en Nurit Sapir uit Israel op bezoek
21 May 2016
Deze week hebben Shai en Nurit Sapir Nederland en Duitsland bezocht. Ik was al jaren op zoek naar familie in Israel, maar kon ze niet traceren. Uiteindelijk werd ik -dankzij mijn website- vanuit Israel door Shai gevonden. We bleken veel complementaire informatie te hebben.
Afgelopen zondagavond kwamen ze aan vanuit Tel Aviv en hebben we nog een paar uur bijgekletst in Leusden. De dag er op zijn ze vertrokken naar Noord-Duitsland.
Gisteravond hebben Monique en ik, met tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz, Onno&Giovanna en Mathilde gegeten in Amersfoort. Vandaag zijn wij de hele dag op stap geweest en in de avond nog een aantal familieleden op bezoek gehad. Henriette, Mathilde en zoon Matheus; mijn broer Bram met zoon Luc; mijn zusje Esther. Helaas staat niet iedereen op de foto's….
Afgelopen zondagavond kwamen ze aan vanuit Tel Aviv en hebben we nog een paar uur bijgekletst in Leusden. De dag er op zijn ze vertrokken naar Noord-Duitsland.
Gisteravond hebben Monique en ik, met tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz, Onno&Giovanna en Mathilde gegeten in Amersfoort. Vandaag zijn wij de hele dag op stap geweest en in de avond nog een aantal familieleden op bezoek gehad. Henriette, Mathilde en zoon Matheus; mijn broer Bram met zoon Luc; mijn zusje Esther. Helaas staat niet iedereen op de foto's….
Vier oude Hugenholtz portretten
17 Dec 2015
Vandaag had ik een ver familielid, Elsken Hijink, op bezoek. Ze had een heel aantal foto's bij zich van haar Hugenholtz voorouders. Deze foto's gaat Elsken Hijink nog voorzien van de juiste namen. Over een aantal maanden spreken we weer af!. Ik zal de foto's daarna digitaliseren. Ze bracht ook een viertal oude portretten mee. Het betreft een vader en zoon en hun echtgenotes. Het is belangrijk dat deze uiteindelijk op een goede plek terecht komen, waar men voor de komende generaties deze schilderijen wil bewaren en conserveren. Tot die tijd pas ik op de portretten.
Bovenstaande portretten zijn van Petrus Arnoldus Conradus Hugenholtz (1724-1797) en zijn echtgenote Elisabeth Catharina Hooykaas (1727-1796). Petrus is geboren in Bentheim als zoon van Petrus Conradus Hugenholtz (1697-1725).
Op 8 september 1741 werd Petrus ingeschreven als student theologie in Groningen en werd op 23 juni 1744 bevorderd tot proponent door de classis Appingedam. Vervolgens werd hij benoemd tot hulppredikant van ds. J. Hooykaas uit IJsselstein. Op 8 december 1748 werd hij door ds. Mentes uit Benschop bevestigd als predikant in IJsselstein. Na het overlijden van ds. Hooykaas op 3 augustus 1751, trad hij op als gewoon predikant van IJsselstein.
Als predikant was hij zeer geliefd en bovendien was hij een man van studie zoals blijkt uit zijn geschriften en uit de bekroning met de derde zilveren ereprijs die hij kreeg voor zijn beantwoording van een prijsvraag, uitgegeven door Teylers' Godgeleerd Genootschap. Hij overleed in IJsselstein na ruim 48 jarige dienst, aan verval van krachten.
Fredericus Arnoldus Bernardus Hugenholtz(1755-1819) en Maria Mertilda Cornelia ter Bruggen (1765- ).
Hij was een zoon van de beide personen op de eerste twee portretten van deze blog: Petrus Arnoldus Conradus Hugenholtz (1724-1797) en Elisabeth Catharina Hooykaas (1727-1796).
Fredericus is geboren in IJsselstein in 1755 en vertrok later naar Amsterdam. Maria is een dochter van dr. Isaäc ter Bruggen en Anna Catharina Beyen.
Bovenstaande portretten zijn van Petrus Arnoldus Conradus Hugenholtz (1724-1797) en zijn echtgenote Elisabeth Catharina Hooykaas (1727-1796). Petrus is geboren in Bentheim als zoon van Petrus Conradus Hugenholtz (1697-1725).
Op 8 september 1741 werd Petrus ingeschreven als student theologie in Groningen en werd op 23 juni 1744 bevorderd tot proponent door de classis Appingedam. Vervolgens werd hij benoemd tot hulppredikant van ds. J. Hooykaas uit IJsselstein. Op 8 december 1748 werd hij door ds. Mentes uit Benschop bevestigd als predikant in IJsselstein. Na het overlijden van ds. Hooykaas op 3 augustus 1751, trad hij op als gewoon predikant van IJsselstein.
Als predikant was hij zeer geliefd en bovendien was hij een man van studie zoals blijkt uit zijn geschriften en uit de bekroning met de derde zilveren ereprijs die hij kreeg voor zijn beantwoording van een prijsvraag, uitgegeven door Teylers' Godgeleerd Genootschap. Hij overleed in IJsselstein na ruim 48 jarige dienst, aan verval van krachten.
Fredericus Arnoldus Bernardus Hugenholtz(1755-1819) en Maria Mertilda Cornelia ter Bruggen (1765- ).
Hij was een zoon van de beide personen op de eerste twee portretten van deze blog: Petrus Arnoldus Conradus Hugenholtz (1724-1797) en Elisabeth Catharina Hooykaas (1727-1796).
Fredericus is geboren in IJsselstein in 1755 en vertrok later naar Amsterdam. Maria is een dochter van dr. Isaäc ter Bruggen en Anna Catharina Beyen.
French connection
30 Oct 2015
Vandaag werd ik benaderd door een mij onbekend Française, Dominique Fromentin, die nadere uitleg vroeg over twee personen die op mijn stamboom pagina beschreven staan. De pagina was alleen in het Nederlands geschreven, en ze kwam er niet goed uit met google translate.
Het bleek te gaan over het echtpaar Polack-Pape uit Delmenhorst. Het waren haar directe voorouders, maar ook mijn directe voorouders. Ik stam af van hun dochter; zij van hun zoon. Haar voorouders waren in Frankrijk terecht gekomen. Met haar hulp heb ik weer een stukje kunnen toevoegen aan de wereldstamboom van www.geni.com.
In 2013 had ik met nicht Rosita Steenbeek een bezoek gebracht aan Noord-Duitsland en aldaar ook de familiegraven van de Joodse begraafplaats bezocht. Hier ontdekte we dat ook onze bet-betovergrootmoeder Lea Beke Polack-Pape bij de andere familiegraven lag. Het was mij bij eerdere bezoeken niet opgevallen, omdat ze onder haar nieuw aangenomen Joodse voornaam "Lea" begraven lag. Ik heb inmiddels gezorgd dat de webpagina tweetalig is opgesteld. Op de pagina zelf is nadere informatie te vinden.
Het bleek te gaan over het echtpaar Polack-Pape uit Delmenhorst. Het waren haar directe voorouders, maar ook mijn directe voorouders. Ik stam af van hun dochter; zij van hun zoon. Haar voorouders waren in Frankrijk terecht gekomen. Met haar hulp heb ik weer een stukje kunnen toevoegen aan de wereldstamboom van www.geni.com.
In 2013 had ik met nicht Rosita Steenbeek een bezoek gebracht aan Noord-Duitsland en aldaar ook de familiegraven van de Joodse begraafplaats bezocht. Hier ontdekte we dat ook onze bet-betovergrootmoeder Lea Beke Polack-Pape bij de andere familiegraven lag. Het was mij bij eerdere bezoeken niet opgevallen, omdat ze onder haar nieuw aangenomen Joodse voornaam "Lea" begraven lag. Ik heb inmiddels gezorgd dat de webpagina tweetalig is opgesteld. Op de pagina zelf is nadere informatie te vinden.
Boekpresentatie "Rose" door Rosita Steenbeek in Ransdorp
30 Apr 2015
Vanmiddag werd het nieuwe boek "Rose" van Rosita Steenbeek ten doop gehouden in de kerk waar opa Gerhard Hugenholtz (1889-1969) predikant was ten tijde van de ontmoeting met onze oma Rose Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1992).
Rosita vertelde over haar roman en het schrijfproces en overhandigde het eerste exemplaar aan haar moeder, tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz (geb. 1934), de dochter van "Rose". Overige sprekers waren haar uitgever Laurens Ubbink, vanuit Bremen de kleinzoon van de predikant die mijn grootouders gedoopt heeft: ds. Reinhard Groscurth en auteur Geert Mak. onze nicht Henrietta Hugenholtz (zang) & Rocus van den Heuvel (piano) zorgden voor de muzikale omlijsting.
Het boek is te krijgen via de boekhandel.
De hyperlink verwijst naar een youtube-filmpje over de boekpresentatie: https://www.youtube.com/watch?v=9AbeZB7NhDU
Rosita vertelde over haar roman en het schrijfproces en overhandigde het eerste exemplaar aan haar moeder, tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz (geb. 1934), de dochter van "Rose". Overige sprekers waren haar uitgever Laurens Ubbink, vanuit Bremen de kleinzoon van de predikant die mijn grootouders gedoopt heeft: ds. Reinhard Groscurth en auteur Geert Mak. onze nicht Henrietta Hugenholtz (zang) & Rocus van den Heuvel (piano) zorgden voor de muzikale omlijsting.
Het boek is te krijgen via de boekhandel.
De hyperlink verwijst naar een youtube-filmpje over de boekpresentatie: https://www.youtube.com/watch?v=9AbeZB7NhDU
Stolperstein voor Dagobert Levy (1930-1943)
28 Apr 2015
Dagobert Levy (1930-1943) was een zoon van Erwin Levy (1896-1943). Erwin Levy was een neef van mijn oma Rose Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1992). De familie is in de jaren '30 gevlucht vanuit Duitsland naar Zuid-Limburg. In 1943 is de familie via Vught met het beruchte "kindertransport" naar het vernietigingskamp Sobibor in Oost-Polen gedeporteerd en vrijwel zeker direct na aankomst vermoord.
Onlangs werd ik benaderd door dhr John Jansen in de Wal uit Canada, die mij vertelde een jeugdvriend te zijn geweest van Dagobert Levy en vroeg om toestemming om enkele foto's te mogen gebruiken. Alle herinneringen aan de familie had hij jaren verdrongen, maar nu kwam alles in alle heftigheid boven. Om de demonen uit het verleden te verdrijven wilde hij een aantal dingen vastleggen die hij zijn hele leven had verdrongen. Een paar dagen later stuurde hij mij deze indrukwekkende presentatie.
Presentatie in "Powerpoint"
Onlangs werd ik benaderd door dhr John Jansen in de Wal uit Canada, die mij vertelde een jeugdvriend te zijn geweest van Dagobert Levy en vroeg om toestemming om enkele foto's te mogen gebruiken. Alle herinneringen aan de familie had hij jaren verdrongen, maar nu kwam alles in alle heftigheid boven. Om de demonen uit het verleden te verdrijven wilde hij een aantal dingen vastleggen die hij zijn hele leven had verdrongen. Een paar dagen later stuurde hij mij deze indrukwekkende presentatie.
Presentatie in "Powerpoint"
Laatste briefkaart van Manfred Levy uit 1943
26 Apr 2015
Manfred Levy (1920-1945) was een zoon van Erwin Levy (1896-1943), een neef van mijn oma Rose Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1992). In het Archief van Eygelshoven stuitte ik op deze briefkaart, die Manfred Levy uit de trein van Westerbork naar Auschwitz heeft gegooid. Hij heeft nooit geweten dat zijn ouders en beide broers maanden daarvoor al vermoord waren in Sobibor. Manfred is uiteindelijk onder afschuwelijk omstandigheden omgekomen tijdens de dodenmarsen die georganiseerd werden door de nazi's, toen de Russen steeds verder oprukten.
VOORZIJDE / FRONT
Westerbork, 25.9.1943
Beste Joep en alle (Dear Joep en everyone else)
Uit de trein de laatste groeten aan alle van jullie Manfred Levy
(From the train the last greetings to all of you from your Manfred Levy)
ACHTERZIJDE / BACK:
Den heer Jos. Charlier (=mr Jos. Charlier; his best friend)
Laurastraat (89) (ik weet niet waarom hij zijn eigen adres gebruikte: wellicht uit veiligheidsoverwegingen)
Eygelshoven
Limb. (=provincie Limburg)
Afz. Manfred Levy
2.zt. op reis (Dont know what 2.zt means; "op reis" means "traveling")
'
Om Manfred en zijn familie niet te vergeten, heb ik jaren geleden een webpagina over ze gemaakt.
http://www.hugenholtz.net/levy-simon_dutch/ (in Dutch)
http://www.hugenholtz.net/levy-simon/ (in English)
VOORZIJDE / FRONT
Westerbork, 25.9.1943
Beste Joep en alle (Dear Joep en everyone else)
Uit de trein de laatste groeten aan alle van jullie Manfred Levy
(From the train the last greetings to all of you from your Manfred Levy)
ACHTERZIJDE / BACK:
Den heer Jos. Charlier (=mr Jos. Charlier; his best friend)
Laurastraat (89) (ik weet niet waarom hij zijn eigen adres gebruikte: wellicht uit veiligheidsoverwegingen)
Eygelshoven
Limb. (=provincie Limburg)
Afz. Manfred Levy
2.zt. op reis (Dont know what 2.zt means; "op reis" means "traveling")
'
Om Manfred en zijn familie niet te vergeten, heb ik jaren geleden een webpagina over ze gemaakt.
http://www.hugenholtz.net/levy-simon_dutch/ (in Dutch)
http://www.hugenholtz.net/levy-simon/ (in English)
Portret Meinhard Lohman (1550-1619) gevonden
15 Nov 2014
Zo af en toe tik ik wat namen in zoekmachines in, om te kijken of er nieuwe informatie over personen verschenen is. Vandaag stuitte ik in een digitaal Gronings archief op een portret van mijn verre voorouder Meinhard Lohman (1550-1619): 13 generaties terug! Van beroep was hij lakenhandelaar en burgemeester van Neuenhaus (Duitsland) en Nieuweschans (Groningen).
Meinhard trouwde met Aleit Meiners. Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
1. Fenne Meijnhards Cremer-Lohman ( - na 1668)
2. Johan Meinhards Lohman (~1595-1664)
Om hem in mijn stamboom te plaatsen, hierbij enige verduidelijking over de afstamming: vooral voor mijn familieleden: Ik stam af van zijn dochter Fenne. Zij trouwde met een telg uit de Ootmarsumse patriciër familie Cramer. Hendrik Knijpinga Cramer (1754-1815), de laatste drost van Twente, was een van haar nakomelingen. Deze had weer een kleindochter Euphemia Cramer (1829-1905), die trouwde met GWK Hugenholtz (1826-1893); mijn betovergrootouders.
Van zijn zoon Johan Meinhards Lohman (~1595-1664) stamt de familie de Savornin Lohman af. Meinhard overleed op 69 jarige leeftijd in Neuenhaus (Duitsland).
Meinhard trouwde met Aleit Meiners. Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
1. Fenne Meijnhards Cremer-Lohman ( - na 1668)
2. Johan Meinhards Lohman (~1595-1664)
Om hem in mijn stamboom te plaatsen, hierbij enige verduidelijking over de afstamming: vooral voor mijn familieleden: Ik stam af van zijn dochter Fenne. Zij trouwde met een telg uit de Ootmarsumse patriciër familie Cramer. Hendrik Knijpinga Cramer (1754-1815), de laatste drost van Twente, was een van haar nakomelingen. Deze had weer een kleindochter Euphemia Cramer (1829-1905), die trouwde met GWK Hugenholtz (1826-1893); mijn betovergrootouders.
Van zijn zoon Johan Meinhards Lohman (~1595-1664) stamt de familie de Savornin Lohman af. Meinhard overleed op 69 jarige leeftijd in Neuenhaus (Duitsland).
Bezoek Klaaswaal met tante Margreth en Rosita
12 Oct 2014
Vandaag ben ik met mijn tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz en nicht Rosita Steenbeek afgereisd naar Klaaswaal, waar opa Hugenholtz predikant was van 1932-1946.
De dag in Klaaswaal begon met de kerkdienst in de NH-kerk (mmmm ze gebruikten de oude berijming&hellip. Na afloop heb ik nog even op de preekstoel gestaan. Aansluitend op bezoek geweest bij een oude vriendin van mijn tante. Ze hadden elkaar al 60 jaar niet gezien. Daarna het dorp bekeken, met een jaren ’30-’40 bril op, waarbij het beeld door mijn tante geschetst werd. Veel doorkijkjes gekregen naar tijden die al lang voorbij zijn. De dag afgesloten met een maaltijd en een wijntje in een voormalige boerderij.
De website over mijn grootouders: www.hugenholtz.net/hugenholtz-lehmkuhl/
De dag in Klaaswaal begon met de kerkdienst in de NH-kerk (mmmm ze gebruikten de oude berijming&hellip. Na afloop heb ik nog even op de preekstoel gestaan. Aansluitend op bezoek geweest bij een oude vriendin van mijn tante. Ze hadden elkaar al 60 jaar niet gezien. Daarna het dorp bekeken, met een jaren ’30-’40 bril op, waarbij het beeld door mijn tante geschetst werd. Veel doorkijkjes gekregen naar tijden die al lang voorbij zijn. De dag afgesloten met een maaltijd en een wijntje in een voormalige boerderij.
De website over mijn grootouders: www.hugenholtz.net/hugenholtz-lehmkuhl/
Woonhuis en werkadres betovergrootvader CAJ Geesink bezocht
21 Sep 2014
Omdat de kinderen een feestje hadden in de middag en avond in Maarssen, hadden Monique en ik even de tijd om ergens naartoe te gaan. We besloten naar Amsterdam te gaan. Toen we de de Herengracht passeerden, herinnerde ik mij dat mijn betovergrootouders Geesink-Reuver hier gewoond hadden. Na lang wandelen vonden we hun woonhuis: Herengracht 3. Schitterend huis. Mijn overgrootmoeder Mathilde Hugenholtz-Geesink (1865-1942) is hier geboren en groeide op in een rijk liberaal fabrikantengezin. Haar vader, Coenraad Geesink, was zeepzieder en drukker, die in al in de jaren 1860-1870 van nabij betrokken bij bij de oprichting van de typografenbond, de eerste vakbond van Nederland. In 1867 had hij een groep arbeiders meegenomen naar de wereldtentoonstelling in Parijs, om ze te laten zien, hoe ze zich konden organiseren. Hij hield lezingen samen met mensen als Domela Nieuwenhuis en Multatuli. Haar moeder groeide op in een steenrijk gezin, waar mensen als Isaac Da Costa en de reveille-kring kind aan huis waren.
Enkele honderden meters verderop lag het oude industriële pand: „De Keizerskroon” Brouwersgracht 114-118, waar zijn zeepziederij en drukkerij gevestigd waren.
De website die ik over mijn betovergrootouders gemaakt heb is hier te vinden: www.hugenholtz.net/geesink-reuver/
b
Enkele honderden meters verderop lag het oude industriële pand: „De Keizerskroon” Brouwersgracht 114-118, waar zijn zeepziederij en drukkerij gevestigd waren.
De website die ik over mijn betovergrootouders gemaakt heb is hier te vinden: www.hugenholtz.net/geesink-reuver/
b
Historische roman Rosita Steenbeek over onze oma
31 Jul 2014
Mijn nicht Rosita Steenbeek is bezig met de voorbereiding van een roman over onze grootmoeder Rose Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1992). Het boek is vanaf 1 mei 2015 verkrijgbaar in de boekwinkel.
Titel: ROSE
door: Rosita Steenbeek
Onderstaande tekst heb ik overgenomen van de uitgever. Volg de link hieronder voor meer informatie.
In haar nieuwe boek Rose vertelt Rosita Steenbeek het bewogen leven van haar grootmoeder Rose Hugenholtz-Lehmkuhl en de lotgevallen van haar joodse familie tijdens de Tweede Wereldoorlog.Rose is de dochter van een joodse moeder en een Duitse vader. In 1929 verliest zij haar hart aan Gerhard Hugenholtz, een Nederlandse dominee, en samen vestigen zij zich in Klaaswaal, een dorpje onder de rook van Rotterdam In de jaren dertig waaiert Roses joodse familie uit over de wereld, op de vlucht voor Hitlers antisemitische bewind. Op 10 mei 1940 valt het Duitse leger Nederland binnen en op 14 mei ziet Rose de bommen op Rotterdam vallen. Haar man sluit zich aan bij het verzet en wordt opgepakt. Door spelingen van het lot komen leden van Roses familie in de oorlog aan verschillende kanten van het front terecht. Rosita Steenbeek, bekend van haar vele romans en boeken over Rome, schrijft met Rose een boek over een grote liefde tussen twee mensen, maar ook over goed en kwaad, over vergeving en over hoe moeilijk het is om de wereld in te delen in zwart en wit.
Zie ook deze link naar de website van de uitgever voor meer informatie: www.amboanthos.nl/boek/rose/
Titel: ROSE
door: Rosita Steenbeek
Onderstaande tekst heb ik overgenomen van de uitgever. Volg de link hieronder voor meer informatie.
In haar nieuwe boek Rose vertelt Rosita Steenbeek het bewogen leven van haar grootmoeder Rose Hugenholtz-Lehmkuhl en de lotgevallen van haar joodse familie tijdens de Tweede Wereldoorlog.Rose is de dochter van een joodse moeder en een Duitse vader. In 1929 verliest zij haar hart aan Gerhard Hugenholtz, een Nederlandse dominee, en samen vestigen zij zich in Klaaswaal, een dorpje onder de rook van Rotterdam In de jaren dertig waaiert Roses joodse familie uit over de wereld, op de vlucht voor Hitlers antisemitische bewind. Op 10 mei 1940 valt het Duitse leger Nederland binnen en op 14 mei ziet Rose de bommen op Rotterdam vallen. Haar man sluit zich aan bij het verzet en wordt opgepakt. Door spelingen van het lot komen leden van Roses familie in de oorlog aan verschillende kanten van het front terecht. Rosita Steenbeek, bekend van haar vele romans en boeken over Rome, schrijft met Rose een boek over een grote liefde tussen twee mensen, maar ook over goed en kwaad, over vergeving en over hoe moeilijk het is om de wereld in te delen in zwart en wit.
Zie ook deze link naar de website van de uitgever voor meer informatie: www.amboanthos.nl/boek/rose/
Compleet vernieuwde website in de lucht
30 Jul 2014
Zojuist heb ik mijn compleet vernieuwde website in de lucht gebracht.
De eerste versie van mijn website die dateert uit 1997, had ik geprogrammeerd in HTML. Enkele jaren later werd het maken van een website al iets eenvoudiger toen Microsoft het programma „Frontpage” uitbracht. Daarna ben ik overgestapt op Redhat, en toen dat verdween ben ik overgestapt op iWeb van Apple. Helaas heeft Apple enige jaren geleden besloten om dit programma niet meer te ondersteunen.
Na verloop van tijd werd het steeds lastiger om aanpassingen te maken. Daarom nu deze geheel nieuwe versie, die ik gemaakt heb met behulp van het programma „Rapid Weaver”. Vanaf nu kunnen er dus weer allerlei aanvullingen, verbeteringen en aanpassingen te verwachten zijn.
De eerste versie van mijn website die dateert uit 1997, had ik geprogrammeerd in HTML. Enkele jaren later werd het maken van een website al iets eenvoudiger toen Microsoft het programma „Frontpage” uitbracht. Daarna ben ik overgestapt op Redhat, en toen dat verdween ben ik overgestapt op iWeb van Apple. Helaas heeft Apple enige jaren geleden besloten om dit programma niet meer te ondersteunen.
Na verloop van tijd werd het steeds lastiger om aanpassingen te maken. Daarom nu deze geheel nieuwe versie, die ik gemaakt heb met behulp van het programma „Rapid Weaver”. Vanaf nu kunnen er dus weer allerlei aanvullingen, verbeteringen en aanpassingen te verwachten zijn.
Landhaus Lehmkuhl in Bremen
11 Dec 2013
Via geni.com ben ik in contact gekomen met een achterneef (nakomeling van een halfzus van overgrootvader Carl Hugenholtz (1874-1952)). Na hun scheiding heeft mijn grootmoeder Rose Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1992) het contact met haar vader, en voor zover bekend ook met de rest van de familie van haar vader, verbroken. Van deze achterneef kreeg ik een foto van „Landhaus Lehmkuhl” Mijn betovergrootvader Johann Lehmkuhl (1847-1916) en zijn tweede echtgenote staan in de deuropening. De anderen zijn waarschijnlijk ook familie. Verdere gegevens ontbreken.
Boek: "In het puin van het getto"
11 Oct 2013
In maart 2013 werd ik benaderd door twee journalisten: Helma Coolman en Pauline Broekema. Ze deden onderzoek naar het vrij onbekende kamp Warschau, dat gebouwd was op de puinhopen van het totaal vernietigde getto van Warschau. Ze waren op zoek naar informatie over mensen die in dat kamp gezeten hadden. Tot hun verbazing kwamen ze op mijn website terecht: ik bleek op 15 minuten afstand te wonen. Ze hadden op mijn website informatie gevonden over Willy Leeuwarden en ze waren erg benieuwd of ik toevallig nog meer informatie over hem had en wellicht in het bijzonder over de periode in Warschau. Deze informatie was totaal nieuw voor mij, maar ik herinnerde mij wel dat mijn oma Rose Hugenholtz-Lehmkuhl ooit verteld had dat ze een neef had gehad, die in de oorlog in Warschau had gezeten. Ik had dit nooit kunnen plaatsen.
Ik kon de journalisten vertellen dat het toeval wilde dat ik samen met mijn nicht Rosita Steenbeek de week er op zou afreizen naar Noord-Duitsland, en dat we een bezoek zouden brengen aan Motek Leeuwarden, de zoon van Willy. In een vorig bezoek had hij mij een stukje van een videoband laten zien, waarop zijn vader door een journalist is geïnterviewd. Het was een van de weinige dingen die Motek van zijn vader had en het was hem heel dierbaar.
Tijdens ons bezoek aan Motek bleek hij van harte bereid te zijn om de video te laten digitaliseren en ter beschikking te stellen van de beide journalisten.
In het interview beschrijft Willy Leeuwarden, gedurende 6 uur) zijn levensverhaal, hoe hij in 1938 naar Nederland vluchtte vanwege de nazi-terreur en uiteindelijk de grens is overgezet. Direct opgepakt en vanaf toen tot en met de bevrijding in 1945 in een onwaarschijnlijk groot aantal kampen te hebben doorgebracht: Flossenburg, Dachau, Auschwitz, maar ook Warschau. Het is een mirakel dat hij -7 jaar in concentratiekampen- de oorlog overleefd heeft.
De informatie is verwerkt in het boek dat over hun onderzoek is verschenen. Het boek is gepresenteerd in voormalig kamp Westerbork.
Onderstaande tekst is overgenomen van de oorspronkelijke aankondiging:
Enkele honderden Nederlandse Joden zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog via Westerbork en Auschwitz tewerkgesteld als dwangarbeiders in een kamp in Warschau, samen met enkele duizenden anderen van verschillende nationaliteiten. De leefomstandigheden waren er buitengewoon slecht. De gevangenen moesten het puin van het verwoeste getto ruimen, omdat de Duitse bezetter het gebied in het hart van Warschau wilde ombouwen tot een Volkspark. Slechts enkele tientallen Nederlanders hebben dit kamp overleefd. Op basis van ooggetuigenverslagen en historische bronnen verschijnt bij uitgeverij Boom een boek over dit relatief onbekende kamp: ‘In het puin van het getto’, van Pauline Broekema en Helma Coolman. Ter gelegenheid van de verschijning van het boek stelde Herinneringscentrum Kamp Westerbork een expositie samen over dit kamp.
Het getto van Warschau ontstond in 1940, toen de Duitse bezetter alle Joodse inwoners van de Poolse hoofdstad samendreef in een gebied van enkele vierkante kilometers, waar sinds eeuwen de Joodse wijk was gevestigd. Niet veel later werd die wijk ommuurd en afgesloten van de rest van de stad. Kort daarna werden de Joodse bewoners gedeporteerd naar werk- of vernietigingskampen elders in Oost-Europa.
Groeiend en moedig verzet culmineerde op 19 april 1943 in de grote opstand, waarbij gewapende joden de aanval openden op de Duitse bezettingsmacht. Hoewel zij zich hardnekkig verdedigden waren de Joden niet opgewassen tegen de overmacht van de nazi’s en op 16 mei was het verzet gebroken. Het getto lag in puin en de overgebleven Joodse inwoners werden overgebracht naar het vernietigingskamp Treblinka.
KZ Warschau: Om elke herinnering aan deze episode uit te wissen besloot de leiding in Berlijn dat het puin van het vernietigde getto moest worden opgeruimd. Daartoe werden medio 1943 enkele duizenden Joden uit Auschwitz naar Warschau gedeporteerd. Met blote handen, beperkte hulpmiddelen en zonder veiligheidsvoorzieningen moesten de gevangenen gebouwen strippen, muren slechten, puin ruimen en stenen van cement ontdoen. In het maandlandschap dat het voormalige getto was geworden troffen de dwangarbeiders tijdens hun werkzaamheden soms lijken, maar ook onderduikers, die de opstand in kelders en bunkers hadden overleefd. Ze werden door de bewakers ter plekke doodgeschoten. Een tyfusepidemie in combinatie met de erbarmelijke leefomstandigheden dunden de kampbevolking dramatisch uit. Ook een onbekend aantal Nederlandse Joden stierf in deze periode. Gegevens over de gevangenen in het werkkamp ontbreken omdat bij de nadering van de Russische bevrijders de volledige administratie werd vernietigd. In augustus 1944 werden de gevangen op een dodenmars richting Duitsland gevoerd. Bij de Poolse grens ging de reis verder in goederenwagens naar Zuid-Duitsland. In bijkampen van Dachau haalde maar een zeer gering aantal Nederlandse gevangenen de bevrijding.
De tentoonstelling: "In het puin van het getto" is te zien tot en met eind maart 2014. Het gelijknamige boek In het puin van het getto van Pauline Broekema en Helma Coolman is verkrijgbaar in de boekenwinkel van het Herinneringscentrum Kamp Westerbork.
Ik kon de journalisten vertellen dat het toeval wilde dat ik samen met mijn nicht Rosita Steenbeek de week er op zou afreizen naar Noord-Duitsland, en dat we een bezoek zouden brengen aan Motek Leeuwarden, de zoon van Willy. In een vorig bezoek had hij mij een stukje van een videoband laten zien, waarop zijn vader door een journalist is geïnterviewd. Het was een van de weinige dingen die Motek van zijn vader had en het was hem heel dierbaar.
Tijdens ons bezoek aan Motek bleek hij van harte bereid te zijn om de video te laten digitaliseren en ter beschikking te stellen van de beide journalisten.
In het interview beschrijft Willy Leeuwarden, gedurende 6 uur) zijn levensverhaal, hoe hij in 1938 naar Nederland vluchtte vanwege de nazi-terreur en uiteindelijk de grens is overgezet. Direct opgepakt en vanaf toen tot en met de bevrijding in 1945 in een onwaarschijnlijk groot aantal kampen te hebben doorgebracht: Flossenburg, Dachau, Auschwitz, maar ook Warschau. Het is een mirakel dat hij -7 jaar in concentratiekampen- de oorlog overleefd heeft.
De informatie is verwerkt in het boek dat over hun onderzoek is verschenen. Het boek is gepresenteerd in voormalig kamp Westerbork.
Onderstaande tekst is overgenomen van de oorspronkelijke aankondiging:
Enkele honderden Nederlandse Joden zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog via Westerbork en Auschwitz tewerkgesteld als dwangarbeiders in een kamp in Warschau, samen met enkele duizenden anderen van verschillende nationaliteiten. De leefomstandigheden waren er buitengewoon slecht. De gevangenen moesten het puin van het verwoeste getto ruimen, omdat de Duitse bezetter het gebied in het hart van Warschau wilde ombouwen tot een Volkspark. Slechts enkele tientallen Nederlanders hebben dit kamp overleefd. Op basis van ooggetuigenverslagen en historische bronnen verschijnt bij uitgeverij Boom een boek over dit relatief onbekende kamp: ‘In het puin van het getto’, van Pauline Broekema en Helma Coolman. Ter gelegenheid van de verschijning van het boek stelde Herinneringscentrum Kamp Westerbork een expositie samen over dit kamp.
Het getto van Warschau ontstond in 1940, toen de Duitse bezetter alle Joodse inwoners van de Poolse hoofdstad samendreef in een gebied van enkele vierkante kilometers, waar sinds eeuwen de Joodse wijk was gevestigd. Niet veel later werd die wijk ommuurd en afgesloten van de rest van de stad. Kort daarna werden de Joodse bewoners gedeporteerd naar werk- of vernietigingskampen elders in Oost-Europa.
Groeiend en moedig verzet culmineerde op 19 april 1943 in de grote opstand, waarbij gewapende joden de aanval openden op de Duitse bezettingsmacht. Hoewel zij zich hardnekkig verdedigden waren de Joden niet opgewassen tegen de overmacht van de nazi’s en op 16 mei was het verzet gebroken. Het getto lag in puin en de overgebleven Joodse inwoners werden overgebracht naar het vernietigingskamp Treblinka.
KZ Warschau: Om elke herinnering aan deze episode uit te wissen besloot de leiding in Berlijn dat het puin van het vernietigde getto moest worden opgeruimd. Daartoe werden medio 1943 enkele duizenden Joden uit Auschwitz naar Warschau gedeporteerd. Met blote handen, beperkte hulpmiddelen en zonder veiligheidsvoorzieningen moesten de gevangenen gebouwen strippen, muren slechten, puin ruimen en stenen van cement ontdoen. In het maandlandschap dat het voormalige getto was geworden troffen de dwangarbeiders tijdens hun werkzaamheden soms lijken, maar ook onderduikers, die de opstand in kelders en bunkers hadden overleefd. Ze werden door de bewakers ter plekke doodgeschoten. Een tyfusepidemie in combinatie met de erbarmelijke leefomstandigheden dunden de kampbevolking dramatisch uit. Ook een onbekend aantal Nederlandse Joden stierf in deze periode. Gegevens over de gevangenen in het werkkamp ontbreken omdat bij de nadering van de Russische bevrijders de volledige administratie werd vernietigd. In augustus 1944 werden de gevangen op een dodenmars richting Duitsland gevoerd. Bij de Poolse grens ging de reis verder in goederenwagens naar Zuid-Duitsland. In bijkampen van Dachau haalde maar een zeer gering aantal Nederlandse gevangenen de bevrijding.
De tentoonstelling: "In het puin van het getto" is te zien tot en met eind maart 2014. Het gelijknamige boek In het puin van het getto van Pauline Broekema en Helma Coolman is verkrijgbaar in de boekenwinkel van het Herinneringscentrum Kamp Westerbork.
Graf van mijn overgrootmoeder Gretchen Leeuwarden teruggevonden
12 Aug 2013
Ik heb altijd begrepen dat het graf van mijn overgrootmoeder Gretchen Lehmkuhl-Leeuwarden geruimd zou zijn. Bij toeval stuitte ik op de website van het kerkhof van de gemeente Nijkerk en heb ik per mail een paar korte vragen gesteld over mijn overgrootmoeder. Tot mijn grote verbazing kreeg ik te horen dat het graf volledig intact was. Het was niet geruimd. Het bijzondere was wel dat er nooit een grafsteen op het graf is geplaatst. Ik heb direct mijn tante Margreth Steenbeek-Hugenholtz gebeld en nog diezelfde avond zijn we naar Nijkerk gegaan. Op de aangegeven plaats vonden we het graf terug. En inderdaad… zonder steen… Omdat we toch in de buurt waren, hebben we aansluitend een kort bezoek gebracht aan de pastorie in Nijkerkerveen waar mijn grootvader van 1949-1955 predikant was en hebben we geposeerd bij het bordje bij de dominee Hugenholtzstraat (vernoemt naar opa). We werden aangesproken door de bewoners van nummer 1. Bij deze aardige mensen koffie gedronken en een heleboel informatie gekregen over het Nijkerkerveen van toen.
Reis met Rosita naar Noord-Duitsland
23 Mar 2013
Op zoek naar de sporen van oma Rose in Noord-Duitsland
Vroeg in de ochtend heb ik mijn nicht Rosita Steenbeek vroeg opgehaald in Amersfoort en gingen we op weg naar Aurich. Hier gingen we op bezoek bij Henry Heger (geb. 1930). Zijn grootvader Nathan was getrouwd met Mathilde Leeuwarden, de lievelingstante van onze oma. Een bizarre geschiedenis: De zoon van Nathan was een van de oprichters van de SS in Noord-West Duitsland, terwijl Nathan half-Joods was. Over deze geschiedenis is meer te lezen op mijn website in „echtpaar Heger-Leeuwarden”.
Vanuit Aurich was het 2,5 uur rijden naar Hotel Michaelis Hof in Hamburg). Aansluitend gegeten en gedronken in een restaurant in de Altserarkaden. Deze zag er redelijk oud uit. Oma heeft ooit een kaart hiervandaan gestuurd. Mooi oud restant van vooroorlogs Hamburg.
De volgende ochtend was het vreselijk koud en hebben we de oude binnenstad bezocht met het oude Lees meer...
Vroeg in de ochtend heb ik mijn nicht Rosita Steenbeek vroeg opgehaald in Amersfoort en gingen we op weg naar Aurich. Hier gingen we op bezoek bij Henry Heger (geb. 1930). Zijn grootvader Nathan was getrouwd met Mathilde Leeuwarden, de lievelingstante van onze oma. Een bizarre geschiedenis: De zoon van Nathan was een van de oprichters van de SS in Noord-West Duitsland, terwijl Nathan half-Joods was. Over deze geschiedenis is meer te lezen op mijn website in „echtpaar Heger-Leeuwarden”.
Vanuit Aurich was het 2,5 uur rijden naar Hotel Michaelis Hof in Hamburg). Aansluitend gegeten en gedronken in een restaurant in de Altserarkaden. Deze zag er redelijk oud uit. Oma heeft ooit een kaart hiervandaan gestuurd. Mooi oud restant van vooroorlogs Hamburg.
De volgende ochtend was het vreselijk koud en hebben we de oude binnenstad bezocht met het oude Lees meer...
Korte ontmoeting Fif Hugenholtz Sydney
11 Nov 2012
Tijdens een studiereis naar Zuidoost Azie en Australië had ik met een groep collega’s een weekendje vrij, waarin we besloten naar de „Blue Mountains” te gaan. Tijdens de terugreis bedacht ik mij dat Fif (dochter van HSJ (Henk) Hugenholtz in de buurt moest wonen. Ik had haar het jaar ervoor ontmoet tijdens een familiereünie. Ik kwam er achter dat de bus vlak langs haar huis zou rijden. Ik heb Fif gebeld of ze thuis was, en mijn collega’s gevraagd of we even een korte pauze konden inlassen. We hebben even bij kunnen kletsen. Leuk om elkaar weer gezien te hebben.
Gevonden vanuit Brazilie
15 Sep 2012
Vandaag kreeg ik een zeer enthousiaste mail vanuit Florianopolis in Brazilië. Ik wist dat Ernst Willig, een neef van mijn oma Rose Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1992) -net als zijn zus Rose Willig- naar Brazilië vertrokken was. Alleen ontbrak van hem daarna ieder spoor. Ook de nakomelingen van zijn zus wisten niet wat er van hem geworden was.
Nu blijkt hij in 1973 (op 60 jarige leeftijd) een zoon te hebben gehad. Hij overleed in 1983. Zijn zoon (Michael Willig) was op de gok aan het zoeken op het internet, en stuitte op mijn website over zijn grootouders Rudolf en Henny WIllig-Leeuwarden. Hierop vond hij ook allerlei jeugdfoto’s van zijn vader. Op onderstaande foto staat Michael met zijn echtgenote en dochter.
Nu blijkt hij in 1973 (op 60 jarige leeftijd) een zoon te hebben gehad. Hij overleed in 1983. Zijn zoon (Michael Willig) was op de gok aan het zoeken op het internet, en stuitte op mijn website over zijn grootouders Rudolf en Henny WIllig-Leeuwarden. Hierop vond hij ook allerlei jeugdfoto’s van zijn vader. Op onderstaande foto staat Michael met zijn echtgenote en dochter.
Neanderthal DNA?
09 Aug 2012
Toen onze verre voorouders migreerden vanuit Afrika naar Europa en Azië, kwamen ze ook in contact met andere mensachtigen. Deze verre verwanten, zoals de Neanderthalers zijn nu uitgestorven, maar hun DNA leeft voort in het DNA van hun nakomelingen. Gemiddeld bestaat 1-4% van het DNA van de Kaukasiers uit Neanderthaler DNA. Uit onderzoek blijkt dat 2,0% van mijn DNA afkomstig is van de Neanderthaler. Monique had verwacht dat ik vééééééééél meer Neanderthaler DNA zou hebben
Hieronder de informatie die ik toegestuurd kreeg:
Most non-Africans are about 2 percent Neanderthal and slightly less than 2 percent Denisovan. Both percentages are calculated using a sophisticated analytical method that looks at parts of your DNA that you share with these hominin populations. The science around this calculation is very new. Thanks to participation from citizens like you, we continue to learn more and refine this method. For this reason, your result may change slightly over time as our accuracy and understanding improves.
Hieronder de informatie die ik toegestuurd kreeg:
Most non-Africans are about 2 percent Neanderthal and slightly less than 2 percent Denisovan. Both percentages are calculated using a sophisticated analytical method that looks at parts of your DNA that you share with these hominin populations. The science around this calculation is very new. Thanks to participation from citizens like you, we continue to learn more and refine this method. For this reason, your result may change slightly over time as our accuracy and understanding improves.
Hersteld Evangelisch Luthers gemeente in Amsterdam
18 May 2012
Ik kwam er onlangs achter dat mijn voorouder Gerhard Herman Röver (1753-1831), bankier in Amsterdam, enorme bedragen heeft neergeteld om de Hersteld Evangelisch Lutherse gemeente in Amsterdam een eigen gebouw te geven. Het gebouw is gelegen aan de Kloveniersburgwal 50 in Amsterdam. Deze gemeente had zich in 1791 afgesplitst van de Lutherse gemeente in Amsterdam. Naar de mening van de dissidenten hadden de ideeën van de Verlichting teveel vat gekregen op de leer van Luther. In een antiquariaat kwam ik een ingekleurde ets tegen.
Plaatsing Stolpersteine in Eygelshoven
02 Feb 2012
Op donderdag 2 februari 2012 legde de Duitse kunstenaar Gunter Demnig vijf ‘Stolpersteine’ aan de Laurastraat 89 in Eygelshoven. De zogenaamde struikelstenen symboliseren vijf leden van het gezin Levy-Simon die vanuit het huis zijn gedeporteerd: een neef van oma Rose Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1992). Oma was in 1920 nog bruidsmeisje geweest op zijn bruiloft. Het betreft Erwin Levy (1896-1943); Selma Levy-Simon (1897-1943) en hun drie zoons: Manfred (1920-1945), Günther (1923-1943) en Dagobert (1930-1943).
Het plaatsen van dergelijk stenen is een idee van de Duitse kunstenaar Gunter Demnig die donderdag aanwezig was in Eygelshoven. Hij plaatste de eerste Stolperstein illegaal in Berlijn in 1996. Inmiddels zijn er verspreid over heel Europa 33.000 „struikelstenen” gelegd.
Die dag ben ik met mijn vader Hans Hugenholtz (1932), mijn tante Margreeth Steenbeek-Hugenholtz (1934) en nicht Rosita Steenbeek afgereisd naar Zuid-Limburg.
Op youtube is DIT FILMPJE gepost over de plaatsing van de Stolpersteine in Eygelshoven.
Het plaatsen van dergelijk stenen is een idee van de Duitse kunstenaar Gunter Demnig die donderdag aanwezig was in Eygelshoven. Hij plaatste de eerste Stolperstein illegaal in Berlijn in 1996. Inmiddels zijn er verspreid over heel Europa 33.000 „struikelstenen” gelegd.
Die dag ben ik met mijn vader Hans Hugenholtz (1932), mijn tante Margreeth Steenbeek-Hugenholtz (1934) en nicht Rosita Steenbeek afgereisd naar Zuid-Limburg.
Op youtube is DIT FILMPJE gepost over de plaatsing van de Stolpersteine in Eygelshoven.
Bar Mitzwa met gebedenboek Erwin Levy
05 Nov 2011
Zoals beschreven in de biografie van Erwin Levy (1896-1943) heeft hij vlak voor hij werd gedeporteerd, zijn gebedenboek in bewaring gegeven aan een bekende. Dit boek is recentelijk opgedoken nadat het boek van Frits van Hoorne over dit gezin gepubliceerd is. Voor de familiereünie in Tel Aviv van gisteravond is het boek even in bewaring gegeven aan Shai Sapir. Vandaag is het boek (uit 1825) gebruikt voor een Bar Mitzwa dienst in een synagoge in Hod HaSharon (bij Tel Aviv). Ik ben daar samen met Shai naartoe gegaan.
Bezoek Israel 2011
02 Nov 2011
In November 2011 ben ik een paar dagen naar Israel geweest, op uitnodiging van een aantal familieleden. Op het vliegveld werd ik opgehaald door Yoav, die ik al eerder in Eygelshoven had ontmoet bij de aanbieding van het gebedenboek van Erwin Levy aan de familie in Israel. ‚s avonds Zijn we in Tel Aviv uit eten geweest, nadat we het graf van Yitzhak Rabin hadden bezocht, die vlak in de buurt in 1995 was vermoord. Werd het gezelschap uitgebreid met de Rotem, de verloofde van Yoav en Shai Sapir, die mij ooit gevonden heeft via mijn website en waarmee ik veel informatie heb uitgewisseld. Wat een geweldige stad is Tel Aviv!
De volgende dag heb ik met Yoav, zijn vader en Shai een reis gemaakt langs een aantal oude plaatsen, die ik mijn hele leven al in het echt heb willen zien: Massada, Dode zee, Qumran. In de loop van de avond gegeten in Ubu Gosh, een Arabisch dorp in Israel.
De dag erna sloot de vader van Yoav zich aan, en zijn we naar Jeruzalem en Yad Vashem (Holocaust museum) geweest. Indrukwekkend! ‚s avonds was er een Sjabat familiebijeenkomst. De tradities werden in de familie in ere gehouden, maar ik heb niemand kunnen ontdekken, die nog oprecht gelovig was. Er waren zo’n 20 familieleden aanwezig, waarvan een heel aantal mijn oma Hugenholtz-Lehmkuhl nog gekend heeft. Bijzonder!
De dag erna doorgebracht bij Shai en zijn familie. ‚s avonds kwam er een enorme hoeveelheid familie, waarvan de ouderen zich mijn oma nog goed gekend hebben. Shai had een lopende diapresentatie met foto’s verzorgd.
‚s avonds laat werd ik weer naar mijn hotel gebracht, maar was eigenlijk nog te fit om te gaan slapen, dus ben ik naar Haifa gewandeld, dat op 20 minuten afstand lag. Wat een geweldig stad is Tel Aviv. Geen spoortje onveiligheid te merken. Heel anders dan ik verwacht had. In Jaffa op een terras wat zitten internetten, kleine hapjes gegeten en wijn gedronken. Laat vertrokken. De volgende ochtend nog even op het strand gezeten, wederom even naar Jaffa geweest, omdat ik deze mooie stad ook bij daglicht wilde zien. En in de loop van de middag kwam Yoav mij ophalen om mijn vlucht met El-Al naar Amsterdam te halen. Wat een geweldig land! Ik kom hier zeker nog een keer terug.
De volgende dag heb ik met Yoav, zijn vader en Shai een reis gemaakt langs een aantal oude plaatsen, die ik mijn hele leven al in het echt heb willen zien: Massada, Dode zee, Qumran. In de loop van de avond gegeten in Ubu Gosh, een Arabisch dorp in Israel.
De dag erna sloot de vader van Yoav zich aan, en zijn we naar Jeruzalem en Yad Vashem (Holocaust museum) geweest. Indrukwekkend! ‚s avonds was er een Sjabat familiebijeenkomst. De tradities werden in de familie in ere gehouden, maar ik heb niemand kunnen ontdekken, die nog oprecht gelovig was. Er waren zo’n 20 familieleden aanwezig, waarvan een heel aantal mijn oma Hugenholtz-Lehmkuhl nog gekend heeft. Bijzonder!
De dag erna doorgebracht bij Shai en zijn familie. ‚s avonds kwam er een enorme hoeveelheid familie, waarvan de ouderen zich mijn oma nog goed gekend hebben. Shai had een lopende diapresentatie met foto’s verzorgd.
‚s avonds laat werd ik weer naar mijn hotel gebracht, maar was eigenlijk nog te fit om te gaan slapen, dus ben ik naar Haifa gewandeld, dat op 20 minuten afstand lag. Wat een geweldig stad is Tel Aviv. Geen spoortje onveiligheid te merken. Heel anders dan ik verwacht had. In Jaffa op een terras wat zitten internetten, kleine hapjes gegeten en wijn gedronken. Laat vertrokken. De volgende ochtend nog even op het strand gezeten, wederom even naar Jaffa geweest, omdat ik deze mooie stad ook bij daglicht wilde zien. En in de loop van de middag kwam Yoav mij ophalen om mijn vlucht met El-Al naar Amsterdam te halen. Wat een geweldig land! Ik kom hier zeker nog een keer terug.
Bremen met Michael Lehmkuhl
15 Jul 2011
Deze week ben ik twee dagen met een naamgenoot van mijn oma: Michael Lehmkuhl uit Wisconsin naar Bremen geweest. Zijn voorouders zijn rond 1850 vanuit Noord-Duitsland naar de VS verhuisd. We hebben eigenlijk nooit een gezamenlijke voorouder kunnen vinden. Het mooie aan stamboom-onderzoek is niet een hele dag in een suf archief zitten, maar vooral de zaken er omheen: meer inzicht in hoe men vroeger leefde, ontmoeten van leuke mensen, bijzondere plaatsen bezoeken waar familie vroeger gewoond heeft, etcetera.
In dit geval vertrokken we ‚s morgens om 7 uur vanuit Nederland; 3 uur later waren we in het archief in Bremen. Hier aantal zaken uitgezocht, maar ook waardevolle contacten gelegd. daarna bij oude kennis op bezoek geweest: Reinhard en Marianne Groscurth: ik had ze enkele jaren bij toeval ontmoet. Zijn grootouders hebben mijn grootouders getrouwd. Daarna de binnenstad van Bremen verkend. De oude „Bremer Ratskeller”, die al bestond in de middeleeuwen. Hier moeten veel familieleden ons zijn voorgegaan. Daarna tapas gegeten en de rest zal ik jullie besparen. De volgende dag afgereisd naar Bremerhafen, waar we het „Auswanderer Museum bezocht hebben. Hier ook de voorouders van Michael teruggevonden. En ’s avonds waren we heel laat weer in Nederland. Wat een geweldige hobby.
Wisconsin.
In dit geval vertrokken we ‚s morgens om 7 uur vanuit Nederland; 3 uur later waren we in het archief in Bremen. Hier aantal zaken uitgezocht, maar ook waardevolle contacten gelegd. daarna bij oude kennis op bezoek geweest: Reinhard en Marianne Groscurth: ik had ze enkele jaren bij toeval ontmoet. Zijn grootouders hebben mijn grootouders getrouwd. Daarna de binnenstad van Bremen verkend. De oude „Bremer Ratskeller”, die al bestond in de middeleeuwen. Hier moeten veel familieleden ons zijn voorgegaan. Daarna tapas gegeten en de rest zal ik jullie besparen. De volgende dag afgereisd naar Bremerhafen, waar we het „Auswanderer Museum bezocht hebben. Hier ook de voorouders van Michael teruggevonden. En ’s avonds waren we heel laat weer in Nederland. Wat een geweldige hobby.
Wisconsin.
Het lot van twee zusjes in de nazi-tijd
09 Jul 2011
Enige tijd geleden ben ik via via in contact gekomen met Dr. Werner Meiners, die zeer veel af weet van de geschiedenis van de Joden in Noord-Duitsland. Hij bleek zelfs informatie over mijn voorouders in zijn archief te hebben. Al jaren propageer ik dat mijn leven te kort zal zijn om alles zelf op papier te zetten, en dus deel ik alle informatie met iedereen die daar behoefte aan heeft. Zo ook met Dr. Meiners. Hij was zeer geïnteresseerd in de informatie die ik had en in de foto’s van mijn familie. Over het lot van mijn overgrootmoeder Gretchen Lehmkuhl-Leeuwarden en haar zus Mathilde heeft hij een volledige pagina geschreven een locale krant.
De publicatie is verschenen in het „Delmenhorster Kreissblatt” van 9 juli 2011. Titel: Das Schicksal zweier Schwestern in der NS-Zeit: Amtliche Papiere als Rettungsanker.
De publicatie is verschenen in het „Delmenhorster Kreissblatt” van 9 juli 2011. Titel: Das Schicksal zweier Schwestern in der NS-Zeit: Amtliche Papiere als Rettungsanker.
CAJ Geesink over wereldtentoonstelling in Weenen 1873
16 Jun 2011
In een antiquariaat kwam ik het volgende boek tegen:
Galerij van Nederlandsche kunst-nijverheid op de wereldtentoonstelling te Weenen in 1873
Auteur C.A.J. Geesink
Corporatief auteur Wereldtentoonstelling (1873 ; Wenen)
Plaats van uitgave Amsterdam
Uitgever: Boekdrukkersvereeniging
Jaar van uitgave: 1873
Pagina's 200 p. Formaat 31 cm Materiaalboek
Schitterend boek met veel plaatjes, waaronder enkel mooie kopergravures. In het boek zijn de laatste technologische hoogstandjes vermeld. Het boek is geschreven door mijn betovergrootvader CAJ Geesink (1828-1883), die gek was op techniek en als hobby een boekdrukkerij had, waar dit boek is uitgegeven.
Galerij van Nederlandsche kunst-nijverheid op de wereldtentoonstelling te Weenen in 1873
Auteur C.A.J. Geesink
Corporatief auteur Wereldtentoonstelling (1873 ; Wenen)
Plaats van uitgave Amsterdam
Uitgever: Boekdrukkersvereeniging
Jaar van uitgave: 1873
Pagina's 200 p. Formaat 31 cm Materiaalboek
Schitterend boek met veel plaatjes, waaronder enkel mooie kopergravures. In het boek zijn de laatste technologische hoogstandjes vermeld. Het boek is geschreven door mijn betovergrootvader CAJ Geesink (1828-1883), die gek was op techniek en als hobby een boekdrukkerij had, waar dit boek is uitgegeven.
Overhandiging gebedsboek aan familie in Israel
14 May 2011
Toen het boek van Frits van Hoorne enkele maanden geleden uitkwam, had ik de stille hoop naar Frits uitgesproken, dat er hopelijk „iets” van Erwin Levy boven water zou komen. Op 1 mei vorig jaar kreeg ik bericht dat het gebedsboek van Erwin Levy was opgedoken. Het was in 1943, vlak voor zijn deportatie, door Erwin Levy overhandigd aan een bewoner van Eygelshoven, die het daarna weer had doorgegeven aan dhr. Gerard Zijlstra uit Eygelshoven. Na de oorlog is tevergeefs gezocht naar familieleden.
Vandaag werd in Eygelshoven gebedsboek overhandigd aan Yoav Orion, nazaat van Richard Levy (oudere broer van Erwin Levy). Samen met zijn vader Moti Orion werden ze ontvangen. Na een korte toespraak van Frits van Hoorne werd het gebedsboek overhandigd door dhr Henk Zijlstra, die zijn wegens ziekte afwezige vader verving.
Ik was naar Eygelshoven afgereisd met mijn tante Margreth Steenbeek Hugenholtz (geb. 1934) en mijn nicht Rosita Steenbeek. Na afloop zijn we afgereisd naar het nabij gelegen Aken (D), waar we „schweine-schnitzel”, hebben gegeten (kosher deden ze niet aan). Veel verhalen uitgewisseld. Daarna hebben we ze afgezet op het station en zijn wij huiswaarts gegaan. Geweldige dag gehad!
Vandaag werd in Eygelshoven gebedsboek overhandigd aan Yoav Orion, nazaat van Richard Levy (oudere broer van Erwin Levy). Samen met zijn vader Moti Orion werden ze ontvangen. Na een korte toespraak van Frits van Hoorne werd het gebedsboek overhandigd door dhr Henk Zijlstra, die zijn wegens ziekte afwezige vader verving.
Ik was naar Eygelshoven afgereisd met mijn tante Margreth Steenbeek Hugenholtz (geb. 1934) en mijn nicht Rosita Steenbeek. Na afloop zijn we afgereisd naar het nabij gelegen Aken (D), waar we „schweine-schnitzel”, hebben gegeten (kosher deden ze niet aan). Veel verhalen uitgewisseld. Daarna hebben we ze afgezet op het station en zijn wij huiswaarts gegaan. Geweldige dag gehad!
Gevonden vanuit Israel!
09 May 2011
Ik heb jaren geprobeerd de nakomelingen van de familie van mijn oma terug te vinden in Israel. Toen ik klein was kwamen deze af en toe op bezoek. Mijn oma is in 1970 op uitnodiging van haar neef Richard Levy nog in Israel geweest. Maar zie maar eens familie in Israel terug te vinden met de naam Levy. Ik had enkele jaren geleden uitgebreide informatie met foto’s op het internet gezet, omdat ze mij dan wellicht zouden vinden. Dat is vandaag gebeurt! Ik kreeg een hele enthousiaste mail van een achterneef Shai Sapir. Hij was al jaren op zoek naar zijn roots, en was nu op mijn website gestuit. Na een lang telefoongesprek bleek dat onze informatie heel erg complementair was. Voor ons allebei een enorme bron van informatie. Hij had inmiddels een heel groot deel van de familie aan geni.com toegevoegd. Samen hebben we mijn gegevens toegevoegd.
Familie Cramer in “Canon van Ootmarsum”
26 Mar 2011
Vandaag is de „Canon van Ootmarsum” verschenen. Hierin komen een paar keer voorouders van mij voor. Bijvoorbeeld Hendrik Knijpinga Cramer (1754-1815); de laatste Drost van Twente. Wat betreft de verwantschap: Zijn kleindochter Euphemia Cramer (1829-1905) was mijn betovergrootmoeder. Zij was getrouwd met mijn betovergrootvader Gerhard W.K. Hugenholtz (1826-1893).
Ook komt Bernardus Cramer (1689-na 1728) voor in de Canon. Hij was de grootvader van voorgenoemde Hendrik Knijpinga Cramer (1754-1815).
Hieronder volgen enkele citaten uit de Canon van Ootmarsum:
Papiermolen op het Springendal 1724: Familie Cramer en het scheppen van papier
Vóór de komst van de textiel bloeide rond Ootmarsum een andere vorm van nijverheid. In de watermolens van de familie Cramer op het Springendal werd namelijk papier geproduceerd. Aangedreven door waterkracht stampten de hamers van de molens oude lompen tot vezels. Deze vezels vormden een brij die in zeeframen werd uitgeschept, geperst en gedroogd tot kwaliteitspapier. De Mosbeek en de Springendalsebeek zorgden voor aandrijving van de molens; hun heldere water was onmisbaar voor het productieproces van het papier.
Vijf molens in bedrijf
Zoals water en papier bij elkaar horen, zo horen ook papier en Cramer bij elkaar. De naam Cramer komt van Kremer en staat al vermeld in het oude burgerboek van Ootmarsum. Dr. Bernardus Kremer, de stichter van de papierfabriek, stamde af van deze oude familie. In 1711 stichtte hij in Mander de eerste papiermolen die door waterkracht werd aangedreven. Het water dat deze molen deed draaien, dreef nog twee andere door Cramer gekochte molens aan. Toen hij in 1715 in het huwelijk trad, veranderde B. Kremer zijn naam in B. Cramer en deze naam bleef verbonden aan de papierfabriek: B. Cramer Ootmarsum; Fabriekant van Machinale Pak-, Bord- en andere Papieren. In 1724 kocht B. Cramer landgoed het Springendal van de graaf Van Heiden Hompesch. De molen die daar stond werd onder eigen beheer in gebruik genomen. Een korenmolen die ook op het Springendal stond werd eveneens verbouwd tot papiermolen. In 1780 had de familie Cramer maar liefst vijf molens in bedrijf. Deze produceerden per dag 400 kg papier. Voor papier maken was veel water nodig. Al dit water werd onttrokken aan de Springendalsebeek en de Mosbeek. Dit tot groot ongenoegen van de boeren in de omgeving, die het water net zo hard nodig hadden voor hun bedrijfsvoering, bijvoorbeeld om hun weiden te bevloeien. Dit leidde natuurlijk tot veel onderlinge spanningen. In 1792 werden tenslotte de rechten in een contract vastgelegd.
Het Drostenhuis 1964
Restauratie en afbraak markante panden
Tijdens de vele rondleidingen in Ootmarsum verzuimt geen stadsgids halt te houden bij het statige herenhuis op de hoek van de Walstraat. Ontegenzeggelijk straalt de voornaamheid er vanaf. Hier in het Drostenhuis, vernoemd naar het ambt van de vroegere bewoner, zetelde rond het einde van de 18de eeuw de laatste drost van Twente, H. Knijpinga Cramer. Het had niet veel gescheeld of het in verval geraakte huis was in het begin van de jaren zestig aan de slopershamer ten prooi gevallen. Het zou daarmee hetzelfde lot hebben ondergaan als zoveel oude panden in Twente en Ootmarsum.
Geleidelijk kwam er een omslag in het denken over de sloop van historische panden. De mogelijkheid ontstond om oude panden tot monument te verklaren, waarbij het Rijk en de gemeente geld voor restauratie beschikbaar stelden. Een andere factor hierbij was dat de toerist Ootmarsum inmiddels ontdekt had. Het bleek wat waard om de sfeer van een oud stadje te bewaren. De redding van het Drostenhuis kwam doordat het echtpaar Mulder-Van Eerde in 1964 het initiatief nam tot de restauratie. De oorspronkelijke stadsboerderij was door de familie Cramer in de 18de eeuw al ingrijpend verbouwd, maar daarna in verval geraakt. Na de restauratie en interne verbouwing kreeg het bouwwerk de oorspronkelijke uitstraling van herenhuis terug.
Bron: Canon van Ootmarsum, 2011
Vervalsing Joodse afkomst van mijn overgrootmoeder Gretchen Lehmkuhl-Leeuwarden
19 Mar 2011
Vorig jaar ben ik in -via een contact in Delmenhorst- in contact gekomen met Dr. Werner Meiners. Hij zou heel veel afweten van de geschiedenis van de Joden in Nedersaksen (Noord-Duitsland). Hij bleek zelfs onderzoek te hebben gedaan naar mijn voorouders. Hij bleek ook het gezin van mijn overgrootmoeder te kennen en stuurde veel materiaal op. Hij was vooral ook geïnteresseerd, omdat mijn overgrootmoeder en haar broer en zussen op zo’n verschillende manier beïnvloed zijn door het antisemitisme.
In een uitgave van het „Oldenburgische Gesellschaft für Familienkunde e.V”.: Jaargang 52, 2010) is een hoofdstuk (pagina 114-125) opgenomen waarin beschreven is hoe mijn familie de gegevens van mijn overgrootmoeder (tegen een forse betaling) hebben weten te vervalsen.
De PDF is met dank aan en met toestemming van Dr. Werner Meiners op mijn homepage gepubliceerd worden.
Meiners – Familienforschung in Zeiten von „Abstammungsnachweis“ und „Judenkartei“
- Nathan Levi (1866-1931), overleed al ruim voor de oorlog.
- Röschen (1870-1935); ze trouwde met Moritz Levy. Ze hadden een hotel op het eiland Wangerooge. Ze zijn begin jaren ’30 geëmigreerd naar Israel met vijf van hun zes zoons. Hun zoon Erwin ging met zijn gezin naar Nederland en zou met zijn gezin vermoord worden in Sobibor.
- Lenchen (1872 - ); wist op tijd te ontkomen naar de VS, waar haar zoon Theo Goldschmidt al woonde.
- Clara (1874-ca.1935); is al in 1903 geëmigreerd naar New York.
- Willy Leeuwarden (1876-ca.1952); overleefde als oorlogsheld de loopgraven van de eerste wereldoorlog, overleefde Theresienstadt, en stierf in de DDR.
- Mijn overgrootmoeder Gretchen (1877-1952); wist haar joodse identiteit te vervalsen en overleefde daardoor de oorlog.
- Mathilde (1881-1942); ze trouwde met Nathan Heger. Zij zijn in de oorlog gedeporteerd naar het ghetto van Minsk (Wit-Rusland), en aldaar rond 1942 vermoord.
- Henny (ca 1883-1942); Zij is omgekomen bij het bombardement van Keulen.
In een uitgave van het „Oldenburgische Gesellschaft für Familienkunde e.V”.: Jaargang 52, 2010) is een hoofdstuk (pagina 114-125) opgenomen waarin beschreven is hoe mijn familie de gegevens van mijn overgrootmoeder (tegen een forse betaling) hebben weten te vervalsen.
De PDF is met dank aan en met toestemming van Dr. Werner Meiners op mijn homepage gepubliceerd worden.
Meiners – Familienforschung in Zeiten von „Abstammungsnachweis“ und „Judenkartei“
Schilderij Arina Hugenholtz (1847-1933)
09 Nov 2010
Zo af en toe kijk ik op Marktplaats of er wellicht zaken worden aangeboden die te maken hebben met de familie Hugenholtz. Tot mijn grote verbazing werd er een schilderij aangeboden van Arina Hugenholtz, bekend schilders van de Larense School. In 1885 vestigde ze zich in op aanraden van Mauve in Laren, die daar zelf ook al enige jaren woonde. Zo kwam ze voor het eerst in aanraking met het Gooi. In 1894 vestigde ze zich daar voorgoed, nadat ze een atelier had laten bouwen aan de Stationsweg.
In haar werken is de grote invloed van Mauve te zien. Niet alleen kwamen de keuzen van de onderwerpen overeen, ook het gebruik van de kleuren laten zien dat zij de tinten van Mauve had geleerd.
Een van haar belangrijkste verdiensten was wel dat ze door haar internationale contacten bemiddelend kon optreden tussen Amerika en de Larense kunstenaars. Daarmee heeft ze dus meegewerkt om de grondslagen voor het succes van deze schilders te leggen.
De rest van haar leven heeft zij in Laren gewoond. Ze is tot aan haar dood actief geweest met schilderen, tot ze op een morgen onverwacht overleed in hotel "Hammdorf" waar ze 40 jaar gewoond had. Haar schilderijen hangen in veel musea, waaronder het Singer Museum in Laren en het Frans Hals Museum in Haarlem.
Ik heb direct het openingsbod uitgebracht en kreeg vrijwel direct een mailtje van de eigenaar. Hij was al heel lang in bezit van het schilderij en was er erg aan gehecht. Het schilderij stond al 30 jaar op zolder en recentelijk had hij toch maar besloten het schilderij te verkopen. Hij was erg blij dat er iemand van de familie geïnteresseerd was en was onmiddellijk bereid het openingsbod te accepteren. Het schilderij heb ik laten restaureren inhangt nu bij bij mij thuis.
In haar werken is de grote invloed van Mauve te zien. Niet alleen kwamen de keuzen van de onderwerpen overeen, ook het gebruik van de kleuren laten zien dat zij de tinten van Mauve had geleerd.
Een van haar belangrijkste verdiensten was wel dat ze door haar internationale contacten bemiddelend kon optreden tussen Amerika en de Larense kunstenaars. Daarmee heeft ze dus meegewerkt om de grondslagen voor het succes van deze schilders te leggen.
De rest van haar leven heeft zij in Laren gewoond. Ze is tot aan haar dood actief geweest met schilderen, tot ze op een morgen onverwacht overleed in hotel "Hammdorf" waar ze 40 jaar gewoond had. Haar schilderijen hangen in veel musea, waaronder het Singer Museum in Laren en het Frans Hals Museum in Haarlem.
Ik heb direct het openingsbod uitgebracht en kreeg vrijwel direct een mailtje van de eigenaar. Hij was al heel lang in bezit van het schilderij en was er erg aan gehecht. Het schilderij stond al 30 jaar op zolder en recentelijk had hij toch maar besloten het schilderij te verkopen. Hij was erg blij dat er iemand van de familie geïnteresseerd was en was onmiddellijk bereid het openingsbod te accepteren. Het schilderij heb ik laten restaureren inhangt nu bij bij mij thuis.
Keltische afkomst eerste Hugenholtz?
05 Aug 2010
Enkele jaren geleden heb ik genetisch onderzoek laten doen aan mijn Y-chromosoom (12 markers). Dit Y-chromosoom erft vrijwel onveranderd over van vader op zoon. Heel af en toe treedt er een mutatie op in dit chromosoom, maar in grote lijnen zou mijn Y-chromosoom identiek moeten zijn aan dat van mijn vader, mijn grootvader Hugenholtz, overgrootvader Hugenholtz etcetera. De aanwezigheid van specifieke mutaties laat zien volgens welke route mijn directe mannelijke voorouders (de eerste Hugenholtzen) gevolgd hebben tijdens de volksverhuizingen. Dit onderzoek naar 12 markers liet zien dat mijn oudste mannelijke voorvader zo’n 35.000 jaar geleden met de eerste volksverhuizingen in West-Europa terecht is gekomen.
Inmiddels is de techniek verder gevorderd. Ik heb daarom aanvullend onderzoek laten uitvoeren. Dit keer zijn geen 12, maar 67 markers onder de loep genomen.
Ik schijn te behoren tot de U152/S28 groep (beide naamgevingen worden door elkaar gebruikt). Deze groep is enkele jaren geleden ontdekt en heeft een gezamenlijke puntmutatie (SNP= Single Nucleotide Polymorphism) gemeen hebben. Alle mannelijke nakomelingen waarbij deze mutatie was opgetreden, hebben deze mutatie geërfd. De oervader waarbij deze mutatie is opgetreden (naar schatting 3.500 jaar geleden) is naar alle waarschijnlijkheid een lid van de stam van de alpiene Kelten, die leefde in de Alpen (Hallstatt Kelten).
Nu zijn er ook weer verschillende S28 stammen beschreven. Nader onderzoek heeft uitgewezen dat ik behoor tot de S28-A groep (geen L2 mutatie en DYS492=12). Nu maar wachten tot er voldoende van deze personen gevonden worden, waardoor interpretatie beter mogelijk wordt. Wordt dus vervolgd!!
Inmiddels is de techniek verder gevorderd. Ik heb daarom aanvullend onderzoek laten uitvoeren. Dit keer zijn geen 12, maar 67 markers onder de loep genomen.
Ik schijn te behoren tot de U152/S28 groep (beide naamgevingen worden door elkaar gebruikt). Deze groep is enkele jaren geleden ontdekt en heeft een gezamenlijke puntmutatie (SNP= Single Nucleotide Polymorphism) gemeen hebben. Alle mannelijke nakomelingen waarbij deze mutatie was opgetreden, hebben deze mutatie geërfd. De oervader waarbij deze mutatie is opgetreden (naar schatting 3.500 jaar geleden) is naar alle waarschijnlijkheid een lid van de stam van de alpiene Kelten, die leefde in de Alpen (Hallstatt Kelten).
Nu zijn er ook weer verschillende S28 stammen beschreven. Nader onderzoek heeft uitgewezen dat ik behoor tot de S28-A groep (geen L2 mutatie en DYS492=12). Nu maar wachten tot er voldoende van deze personen gevonden worden, waardoor interpretatie beter mogelijk wordt. Wordt dus vervolgd!!
Bezoek Sobibor 2010 van 17 t/m 20 mei
17 May 2010
Dit verslag heb ik overgenomen van de website van de Stichting Sobibor. Ik ben meegegaan met deze herdenkingsreis in 2010. Dit om meer te begrijpen van de Holocaust en mede omdat een neef van mijn oma (Erwin Levy) met zijn gezin is vermoord in Sobibor.
Herdenkingsreis 2010
Een maand later dan de oorspronkelijke planning, dit vanwege de vulkaanuitbarsting in IJsland, kon de Herdenkingsreis 2010 van 17 t/m 20 mei alsnog doorgang vinden, al moesten helaas vijf van de 38 oorspronkelijke reizigers hun deelname afzeggen.
De groep bestond zowel uit nabestaanden, waarvan een aantal een steen had laten plaatsen aan de Gedenklaan, als – inmiddels een vaste traditie – uit een aantal Statenleden van de provincie Gelderland. Deze provincie heeft een zusterrelatie met de Poolse provincie Lubelskie, de provincie waarin Sobibor ligt.
Na de reisdag op vrijdag werd op zaterdag het voormalige vernietigingskamp Sobibor bezocht. We startten bij het voormalige stationnetje, waar onze rondleiding begon en voorgelezen getuigenverklaringen het verleden enigszins invoelbaar maakten. Het bezoek aan de Gedenklaan maakte veel emoties los, die hun culminatie vonden in de ontroerende herdenking bij de zogenaamde asheuvel. Alle aanwezigen lazen namen voor van vermoorde Joden. Er werd Yizkor en Kaddisj gezegd.
De zondag begon in de synagoge van Wlodawa. Hier sloot een groep leerlingen uit Lublin met hun twee leraressen zich bij ons aan. In Sobibor onthulden zij een steen voor de vermoorde familie van Leon Feldhendler, een van de leidende figuren van de Opstand in Sobibor. De leerlingen hadden zijn geschiedenis onderzocht en ontdekt dat zijn vrouw, kinderen en zijn zwager in Sobibor waren omgebracht. De steen om deze familie te herdenken hebben zij zelf gerealiseerd. Hoe teleurstellend het voor hen ook was dat wij niet op 19 april, Holocaust Memorial Day in Polen, aanwezig konden zijn, ze hadden speciaal op onze komst gewacht met het onthullen van de steen. De door hen uitgesproken tekst kunt u hier lezen.
Op de laatste dag leek de reis huiswaarts opnieuw verstoord te worden door de IJslandse aswolk, maar de vertraging bleef gelukkig beperkt. Ondanks de onzekerheid over de vlucht naar huis verzorgde onze vaste buschauffeur Jurek een interessante rondreis door Warschau, waarbij het voormalige getto de meeste aandacht kreeg.
-
Hier heb ik het steentje dat ik had gekregen op de familiebegraafplaats in Delmenhorst, achtergelaten op de asheuvel van Sobibor.
Herdenkingsreis 2010
Een maand later dan de oorspronkelijke planning, dit vanwege de vulkaanuitbarsting in IJsland, kon de Herdenkingsreis 2010 van 17 t/m 20 mei alsnog doorgang vinden, al moesten helaas vijf van de 38 oorspronkelijke reizigers hun deelname afzeggen.
De groep bestond zowel uit nabestaanden, waarvan een aantal een steen had laten plaatsen aan de Gedenklaan, als – inmiddels een vaste traditie – uit een aantal Statenleden van de provincie Gelderland. Deze provincie heeft een zusterrelatie met de Poolse provincie Lubelskie, de provincie waarin Sobibor ligt.
Na de reisdag op vrijdag werd op zaterdag het voormalige vernietigingskamp Sobibor bezocht. We startten bij het voormalige stationnetje, waar onze rondleiding begon en voorgelezen getuigenverklaringen het verleden enigszins invoelbaar maakten. Het bezoek aan de Gedenklaan maakte veel emoties los, die hun culminatie vonden in de ontroerende herdenking bij de zogenaamde asheuvel. Alle aanwezigen lazen namen voor van vermoorde Joden. Er werd Yizkor en Kaddisj gezegd.
De zondag begon in de synagoge van Wlodawa. Hier sloot een groep leerlingen uit Lublin met hun twee leraressen zich bij ons aan. In Sobibor onthulden zij een steen voor de vermoorde familie van Leon Feldhendler, een van de leidende figuren van de Opstand in Sobibor. De leerlingen hadden zijn geschiedenis onderzocht en ontdekt dat zijn vrouw, kinderen en zijn zwager in Sobibor waren omgebracht. De steen om deze familie te herdenken hebben zij zelf gerealiseerd. Hoe teleurstellend het voor hen ook was dat wij niet op 19 april, Holocaust Memorial Day in Polen, aanwezig konden zijn, ze hadden speciaal op onze komst gewacht met het onthullen van de steen. De door hen uitgesproken tekst kunt u hier lezen.
Op de laatste dag leek de reis huiswaarts opnieuw verstoord te worden door de IJslandse aswolk, maar de vertraging bleef gelukkig beperkt. Ondanks de onzekerheid over de vlucht naar huis verzorgde onze vaste buschauffeur Jurek een interessante rondreis door Warschau, waarbij het voormalige getto de meeste aandacht kreeg.
-
Hier heb ik het steentje dat ik had gekregen op de familiebegraafplaats in Delmenhorst, achtergelaten op de asheuvel van Sobibor.
Boek Frits van Hoorne
07 Apr 2010
In Eygelshoven vond de presentatie plaats van het boek van Frits van Hoorne: „ De Joden van Eygelshoven. Hiervoor heeft hij onderzoek gedaan naar het lot van de Joodse families die in de oorlog in Eygelshoven woonden. Hij beschrijft onder andere het lot van de familie van de neef van oma Rose Hugenholtz-Lehmkuhl (1905-1992). Het betreft Erwin Levy (1896-1943); Selma Levy-Simon (1897-1943) en hun drie zoons: Manfred (1920-1945), Günther (1923-1943) en Dagobert (1930-1943). Maar ook zijn schoonouders en een nichtje dat vanuit Duitsland gevlucht is.
Heeft u interesse in dit boek van Frits van Hoorne, laat mij dit dan weten. Ik zal de bestelling doorsturen naar de auteur.
Heeft u interesse in dit boek van Frits van Hoorne, laat mij dit dan weten. Ik zal de bestelling doorsturen naar de auteur.
Einstein correspondentie met oom Han Hugenholtz
05 Apr 2010
Oom J.B.Th (Han) was predikant en pacifist. Hij correspondeerde met vele pacifisten over de wereld, waaronder Albert Einstein. Hij is ook wel eens op bezoek geweest bij Einstein, die voor de oorlog in de buurt van Potsdam woonde.
De stukken liggen/lagen in in het archief van het „International Institute of Social History” in Amsterdam. De afbeelding van de stukken zijn hier onder te downloaden.
De stukken liggen/lagen in in het archief van het „International Institute of Social History” in Amsterdam. De afbeelding van de stukken zijn hier onder te downloaden.
Onleesbare gothisch Duitse brief
15 Mar 2010
Al jaren had ik een brief in mijn bezit die geschreven was in het toen gebruikelijke schrift dat „gotisch Duits” wordt genoemd. Benaming is niet helemaal correct, maar dat voert te ver voor dit stuk. Dit schrift dat in de jaren ‚20 veel gebruikt is, ook voor de huidige generaties Duitsers vrijwel onleesbaar. Toen ik onlangs bij Motek Leeuwarden was, heb ik een afdruk achtergelaten, omdat hij vermoedde dat zijn schoonvader, Harry Frank, dit oude schrijft kon lezen. Een paar weken later belde hij op dat zijn schoonvader deze brief kon lezen, en wel zodanig, dat het net leek of hij de krant aan het lezen was. Ondertussen was nog steeds niet bekend, hoe de familierelatie tussen mij en Motek nou precies in elkaar zat.
Toen ik de transcriptie van de brief kreeg bleek deze geschreven te zijn door Nathan Leeuwarden (1866-1933). Nathan overleed twee weken na het schrijven van deze brief. Ik was hem al eens eerder tegengekomen, omdat hij de overgrootvader van Motek was. Hij schreef de brief aan zijn zuster Gretchen Lehmkuhl-Leeuwarden (1877-1952). Door de transcriptie kon ik eindelijk lezen wat er in de brief stond, maar was ook eindelijk duidelijk wat hoe de familierelatie tussen mij en Motek in elkaar zat. De brief is te lezen via onderstaande link.
Toen ik de transcriptie van de brief kreeg bleek deze geschreven te zijn door Nathan Leeuwarden (1866-1933). Nathan overleed twee weken na het schrijven van deze brief. Ik was hem al eens eerder tegengekomen, omdat hij de overgrootvader van Motek was. Hij schreef de brief aan zijn zuster Gretchen Lehmkuhl-Leeuwarden (1877-1952). Door de transcriptie kon ik eindelijk lezen wat er in de brief stond, maar was ook eindelijk duidelijk wat hoe de familierelatie tussen mij en Motek in elkaar zat. De brief is te lezen via onderstaande link.
Ontmoeting Reinhard Groscurth
20 Feb 2010
Enkele maanden geleden was ik in Bremen, en bezocht, zonder veel voorkennis, de kerk waar mijn grootouders Gerard Hugenholtz (1889-1969) en Rose Lehmkuhl (1905-1992) getrouwd zijn in 1931. Ik bladerde wat in een boek en zag een foto van de dominee die mijn ouders had gedoopt: Dr. Reinhard Groscurth (1866-1949). De vrijwilligster van het winkeltje in de kerk vroeg of ik iets bekend zag, en ik vertelde dat deze dominee mijn grootouders gedoopt had. Wat een toeval zei ze: ik ben getrouwd met zijn kleinzoon Reinhard Groscurth (geb. 1930).
Vandaag heb ik met Monique en de kids afgesproken in dezelfde kerk met Reinhard Groscurth, die net als zijn grootvader predikant was. Hij heeft ons van alles verteld over de kerk, geschiedenis van Bremen, holocaust, de oorlog, zijn grootvader. Daarna zijn we naar zijn huis gegaan, waar we hartelijk ontvangen werden door zijn echtgenote Christiane. Wat een ontzettend lieve mensen, die we hebben leren kennen door een toevallige ontmoeting.
Vandaag heb ik met Monique en de kids afgesproken in dezelfde kerk met Reinhard Groscurth, die net als zijn grootvader predikant was. Hij heeft ons van alles verteld over de kerk, geschiedenis van Bremen, holocaust, de oorlog, zijn grootvader. Daarna zijn we naar zijn huis gegaan, waar we hartelijk ontvangen werden door zijn echtgenote Christiane. Wat een ontzettend lieve mensen, die we hebben leren kennen door een toevallige ontmoeting.
Mathilde Heger-Leeuwarden vermoord in Minsk
22 Nov 2009
Tijdens mijn korte bezoek aan Delmenhorst heb ik een aantal zaken gekopieerd die, samen met de informatie die ik al verzameld had, het volgende beeld lieten zien van de lotgevallen van Mathilde Heger, de zus van mijn overgrootmoeder, en van haar echtgenoot Nathan Heger.
Mathilde en Nathan Heger woonden met hun twee zoons Willy en Julius in Delmenhorst, waar ze lid waren van de “Jüdische Gemeinde Delmenhorst”.
Tijdens en na de Eerste Wereldoorlog zou ze een kindertehuis voor wezen hebben opgericht. Hiervoor zou ze het Kruis van Verdienste hebben gekregen (een hoge militaire onderscheiding). Neefjes als oom Hans, Johann Lehmkuhl (1908-1992), logeerden hier graag. Hier heeft hij nog verscheidene Joodse gebeden geleerd. Ik ga er dus van uit dat het een Joods weeshuis was, al weet ik dat niet zeker.
Toen de jodenvervolging losbarstte, wilde zij dit kindertehuis niet achterlaten. Daarom zou zij niet gevlucht zijn. Daarbij leek het haar niet logisch dat men haar zou deporteren, omdat ze immers voor haar goede werken een Kruis van Verdienste had gekregen.
Op 4 april 1940 is zij met haar echtgenoot Nathan Heger gedeporteerd naar Bremen. Op 17 november 1941 zijn zij met een door de Gestapo georganiseerd transport vanuit Bremen naar Minsk gedeporteerd. Hieronder waren ongeveer 35 bewoners uit Delmenhorst. Van november 1941 tot oktober 1942, deporteerden de Duitsers meer dan 35.000 joden vanuit het Duitse Rijk naar Wit-Rusland (getto van Minsk). Voor de inrichting van de gaskamers was Minsk (Wit-Rusland) namelijk een belangrijke plek voor de Nazi’s om joden naartoe te sturen. Velen van hen zijn al in 1941 overleden. De “Generalkommissar” Kube rapporteerde op 31 juli 1942: “In Minsk-Stadt sind am 28. und 29. Juli 1942 rd. 10.000 Juden liquidiert worden, darunter 6.500 russische Juden, überwiegend Alte, Frauen und Kinder. Der Rest bestand aus nicht einsatzfähigen Juden, die überwiegend aus Wien, Brünn, Bremen und Berlin im November voriges Jahres nach Minsk auf Befehl des Führers geschickt worden sind.
Slechts enkelen van de 90.000 joden in Minsk hebben de oorlog overleefd. Deze informatie is gebaseerd op een lijst van slachtoffers uit Duitsland aangetroffen in: "Gedenkbuch - Opfer der Verfolgung der Juden unter der nationalsozialistischen Gewaltherrschaft in Deutschland 1933-1945", Bundesarchiv, Koblenz 1986 en op “Geschichte der Delmenhorster Juden 1695-1945” van Enno Meyer.
Mathilde en Nathan Heger woonden met hun twee zoons Willy en Julius in Delmenhorst, waar ze lid waren van de “Jüdische Gemeinde Delmenhorst”.
Tijdens en na de Eerste Wereldoorlog zou ze een kindertehuis voor wezen hebben opgericht. Hiervoor zou ze het Kruis van Verdienste hebben gekregen (een hoge militaire onderscheiding). Neefjes als oom Hans, Johann Lehmkuhl (1908-1992), logeerden hier graag. Hier heeft hij nog verscheidene Joodse gebeden geleerd. Ik ga er dus van uit dat het een Joods weeshuis was, al weet ik dat niet zeker.
Toen de jodenvervolging losbarstte, wilde zij dit kindertehuis niet achterlaten. Daarom zou zij niet gevlucht zijn. Daarbij leek het haar niet logisch dat men haar zou deporteren, omdat ze immers voor haar goede werken een Kruis van Verdienste had gekregen.
Op 4 april 1940 is zij met haar echtgenoot Nathan Heger gedeporteerd naar Bremen. Op 17 november 1941 zijn zij met een door de Gestapo georganiseerd transport vanuit Bremen naar Minsk gedeporteerd. Hieronder waren ongeveer 35 bewoners uit Delmenhorst. Van november 1941 tot oktober 1942, deporteerden de Duitsers meer dan 35.000 joden vanuit het Duitse Rijk naar Wit-Rusland (getto van Minsk). Voor de inrichting van de gaskamers was Minsk (Wit-Rusland) namelijk een belangrijke plek voor de Nazi’s om joden naartoe te sturen. Velen van hen zijn al in 1941 overleden. De “Generalkommissar” Kube rapporteerde op 31 juli 1942: “In Minsk-Stadt sind am 28. und 29. Juli 1942 rd. 10.000 Juden liquidiert worden, darunter 6.500 russische Juden, überwiegend Alte, Frauen und Kinder. Der Rest bestand aus nicht einsatzfähigen Juden, die überwiegend aus Wien, Brünn, Bremen und Berlin im November voriges Jahres nach Minsk auf Befehl des Führers geschickt worden sind.
Slechts enkelen van de 90.000 joden in Minsk hebben de oorlog overleefd. Deze informatie is gebaseerd op een lijst van slachtoffers uit Duitsland aangetroffen in: "Gedenkbuch - Opfer der Verfolgung der Juden unter der nationalsozialistischen Gewaltherrschaft in Deutschland 1933-1945", Bundesarchiv, Koblenz 1986 en op “Geschichte der Delmenhorster Juden 1695-1945” van Enno Meyer.
Joodse begraafplaats in Delmenhorst
20 Nov 2009
Op weg naar Bremen, kwam ik langs Delmenhorst, waar mijn overgrootmoeder geboren is. Op de bonnefooi aangebeld bij de Joodse gemeente van Delmenhorst. De Joodse gemeente aldaar bestaat sinds 10 jaar weer, maar bestaat eigenlijk alleen maar uit Russen. Ze waren zeer behulpzaam, en vertelden dat ze de Joodse begraafplaats gerestaureerd en weer in gebruik genomen hadden. Ze wilden mij van harte rondleiden om te kijken of er nog familie lag. Of ik mijn keppeltje bij mij had? Toen ik uitlegde dat ik zoiets niet had, duikelde iemand een pet voor mij op. Maakte niet uit wat, als ik maar “iets” op mijn hoofd had. Na enig zoeken zag ik plotseling de naam “Leeuwarden” opduiken. Daaromheen lagen allemaal bekenden, waaronder mijn betovergrootouders Levi Nathan Leeuwarden (1843-1904) en Rosette Polack (1846-1900). Ook zijn vader Nathan Jacob Leeuwarden (1808-1886) bleek hier te liggen, terwijl hij volgens mijn informatie overleden zou zijn in Oldenburg. Blij verrast ze hier allemaal bij elkaar aan te treffen. Mij gids bracht mij vervolgens een hand met steentjes, en legde mij uit dat volgend goed Joods gebruik, familieleden steentjes neerleggen op grafstenen, wanneer zij een graf bezoeken. Ik heb één steentje als herinnering mee naar huis genomen.
Contact gemaakt met familie in Israel
12 Nov 2009
In de jaren ’30 is de zus van mijn overgrootmoeder met haar man en 5 zoons naar Israel gevlucht (allen zoon Erwin ging naar Nederland en zou later met zijn gezin vermoord worden door de Nazi-horden).
Voor het eerst sinds jaaaaren is het gelukt om contact te leggen met familie in Israel. Via dhr Eichenbaum uit Wittmund (Duitsland), die een paar jaar geleden bezocht was door familie uit Israel. Het telefoonnummer dat hij had, bleek nog correct. Het bleek een oudere zuster te zijn van de dame waar ik in het verleden wel contact mee had, maar die van de aardbodem verdwenen leek. Deze zuster bleek op de zelfde verdieping in het verzorgingshuis te wonen. Via hen in contact gekomen met Dany Levy, zoon van Willy Levy. Weer een aantal bronnen van informatie aangeboord. Hoop dat ze mij nog kunnen helpen met een paar onbekende personen op de foto’s.
Voor het eerst sinds jaaaaren is het gelukt om contact te leggen met familie in Israel. Via dhr Eichenbaum uit Wittmund (Duitsland), die een paar jaar geleden bezocht was door familie uit Israel. Het telefoonnummer dat hij had, bleek nog correct. Het bleek een oudere zuster te zijn van de dame waar ik in het verleden wel contact mee had, maar die van de aardbodem verdwenen leek. Deze zuster bleek op de zelfde verdieping in het verzorgingshuis te wonen. Via hen in contact gekomen met Dany Levy, zoon van Willy Levy. Weer een aantal bronnen van informatie aangeboord. Hoop dat ze mij nog kunnen helpen met een paar onbekende personen op de foto’s.
Opnieuw contact met Leeuwarden-tak
16 Oct 2009
Onlangs heb ik oude correspondentie opnieuw doorgelezen die ik 20 jaar geleden gevoerd heb met mijn verre familielid Hilla Frenkel-Levy (dochter van Richard Levy). Nu viel mij op dat ze verwees naar een neef Willy Leeuwarden die naar Allicante (Spanje) zou zijn verhuisd. Nu heette een neef van mijn grootmoeder ook Willy Leeuwarden, maar die moet zo rond 1870-1880 geboren zijn. Ik kan hem nog niet inpassen in mijn genealogie, maar hij moest dus familie zijn.
Vorige week heb ik een verslag opgevraagd van ene Willy Leeuwarden van wie een getuigenis was opgenomen tijdens het Auschwitz tribunaal in Frankfurt van 1964. Ik had verwacht dat deze getuigenis van de neef van oma zou zijn, maar het bleek om een andere Willy Leeuwarden te zijn die in 1920 geboren was.
Verder op zoek naar de Willy Leeuwarden liep dood. In heel Spanje bleek één Leeuwarden te wonen; Samuel Leeuwarden, maar ik kon deze telefonisch niet bereiken. In Duitsland woonden er echter wel een paar, waaronder Bremen. Mijn overgrootmoeder Leeuwarden kwam uit die omgeving. De eerste die ik belde was Motek Leeuwarden, die een zoon bleek te zijn van de Willy Leeuwarden die naar Spanje was verhuisd. Hij vertelde dat zijn vader inmiddels was overleden, maar ook dat deze in 1920 geboren was. Zijn gegevens hoop ik te zijner tijd in te kunnen passen.
Conclusie tot dusverre: mijn familielid Willy Leeuwarden die naar Spanje was verhuisd, bleek dezelfde te zijn als de Willy Leeuwarden die in 1920 geboren was en een getuigenis had afgelegd in het Auschwitz tribunaal in 1964.
Vorige week heb ik een verslag opgevraagd van ene Willy Leeuwarden van wie een getuigenis was opgenomen tijdens het Auschwitz tribunaal in Frankfurt van 1964. Ik had verwacht dat deze getuigenis van de neef van oma zou zijn, maar het bleek om een andere Willy Leeuwarden te zijn die in 1920 geboren was.
Verder op zoek naar de Willy Leeuwarden liep dood. In heel Spanje bleek één Leeuwarden te wonen; Samuel Leeuwarden, maar ik kon deze telefonisch niet bereiken. In Duitsland woonden er echter wel een paar, waaronder Bremen. Mijn overgrootmoeder Leeuwarden kwam uit die omgeving. De eerste die ik belde was Motek Leeuwarden, die een zoon bleek te zijn van de Willy Leeuwarden die naar Spanje was verhuisd. Hij vertelde dat zijn vader inmiddels was overleden, maar ook dat deze in 1920 geboren was. Zijn gegevens hoop ik te zijner tijd in te kunnen passen.
Conclusie tot dusverre: mijn familielid Willy Leeuwarden die naar Spanje was verhuisd, bleek dezelfde te zijn als de Willy Leeuwarden die in 1920 geboren was en een getuigenis had afgelegd in het Auschwitz tribunaal in 1964.
Getuigenis Willy Leeuwarden voor Auschwitz tribunaal
10 Oct 2009
Vorige week heb ik een verslag opgevraagd van Willy Leeuwarden (1920-2003) van wie een getuigenis was opgenomen tijdens het Auschwitz tribunaal in Frankfurt van 1964.
______________________
Hieronder volgt zijn getuigenis voor het Auschwitz tribunaal.
Zeuge Willi Leeuwarden (Sprechername)
Geboren: 4. September 1920 in Varel/D
Als Jude verfolgt, von etwa 1938 bis Anfang 1942 im KZ Sachsenhausen, dann einige Monate im KZ Neuengamme, von dort nach Auschwitz deportiert; im KZ Auschwitz vom 23. Oktober 1942 bis Sommer 1943; Arbeitskommando Kanada; Kommando Kasernenbau; Häftlingsnummer 69.735. Nach dem Sommer 1943 u.a. in das KZ Dachau transportiert.
Zur Zeit der Verhandlung: Gastwirt, BRD.
Zeuge der Anklage: Wilhelm Friedrich Boger
And the text written by the judge:
Aussage des Zeugen Leeuwarden
Im Jahre 1937 emigrierte ich als Jude nach Holland, wurde aber von dort nach etwa einem halben Jahr wieder nach Deutschland ausgewiesen. An der Grenze wurde ich sofort der Gestapo ausgeliefert, die mich in das KZ Sachsenhausen einwies. Hier blieb ich bis Anfang 1942, kam dann für kurze Zeit in das Lager Wolfsburg, anschließend in das KZ Neuengamme. Von Neuengamme wurde ich mit einem Transport, der aus 48 Personen bestand, im Oktober 1942 nach Auschwitz verlegt. In Auschwitz kam ich zunächst in den Isolierblock - Block 10 -, später nach Block 5.
Im Frühjahr 1943 arbeitete ich bei dem Kasernenbaukommando. In dem Häftlingskrankenbau traf ich zufällig einen früheren Kameraden wieder. Um diesen zu retten, »organisierte« ich mir eine Flasche Schnaps von einem Zivilisten. Von dem Lagerkapo wurde ich deswegen gemeldet. Der Lagerführer Aumeier bestrafte mich deswegen mit 25 Stockschlägen und mit Stehbunker. Ich mußte tagsüber arbeiten und nachts in den Stehbunker. Zu essen bekam ich in dem Stehbunker nichts. Der Bunkerkapo Jakob steckte mir allerdings heimlich etwas Brot zu. Während des Tages bekam ich auf der Arbeitsstelle warme Suppe. In den Stehbunker mußte ich jeweils abends nach dem Appell. Morgens rückte ich dann wieder mit zur Arbeit aus. Insgesamt verbrachte ich acht Tage im Stehbunker.
Vom Stehbunker aus wurde ich zur Politischen Abteilung geführt. Dort sollte ich vernommen werden. Zunächst mußte ich vor der Baracke warten. Aus dem Innern der Baracke hörte ich Geschrei und Schläge. Plötzlich ging das Fenster auf und ein Häftling wurde aus dem Fenster herausgeschmissen. Der Häftling war in Zivil, seine Haare waren nicht geschoren. Es war ein Pole. Anschließend wurde ich von dem SS-Mann, der den Häftling aus dem Fenster geworfen hatte, hineingerufen. Ich hatte mich gerade gebückt, um dem Häftling Wasser, das ich mit meiner Mütze geholt hatte, zu geben. Ich schüttete schnell das Wasser dem Häftling über das Gesicht. In der Baracke wurde ich dann sofort von dem SS-Mann - ich erfuhr, daß es Boger war - mit Fäusten zusammengeschlagen. Boger trat mich auch. Er hat gar nichts dabei gesagt. Ich nehme an, daß er gesehen hatte, daß ich dem Häftling Wasser gegeben hatte. Zu einer Vernehmung ist es nicht gekommen. Bei dieser Gelegenheit wurde ich auch nicht auf die Schaukel gespannt. Boger gab mir nach dem Schlagen den Befehl, den Häftling wegzubringen. Boger sagte, ich solle das polnische Schwein zurück in das Lager bringen. Unterwegs ist mir der Häftling gestorben. Ich habe ihn am Tor abgelegt. Unterwegs traf ich den Lagerführer Schwarzhuber. Dieser sagte, der Häftling gehöre zu Block 3. Ich mußte ihn daher zum Block 3 bringen. Im Block 3 befanden sich damals etwa 200 bis 500 polnische Zivilisten. Diese hat man zur Politischen Abteilung gebracht und vernommen. Dort sollen viele totgeschlagen worden sein. Die Leute sollen an einem Ort einen Geheimsender gehabt haben. Es gab sehr viele Tote bei diesen Zivilisten. Das weiß ich von dem Blockältesten des Blocks 3. Das war auch allgemein im Lager bekannt. Man hat die Zivilisten vor der Politischen Abteilung stehen sehen.
Den Namen des Häftlings, den Boger aus dem Fenster geworfen hat, weiß ich nicht. Der Häftling war, als er aus dem Fenster stürzte, bereits fast tot.
Auf der Rückseite sind dann deutlich wieder die Worte zu hören: »Von mir ist kein Häftling so geschlagen worden, daß er an den Folgen der Schläge gestorben wäre.«
Ende der Aussage des Zeugen Leeuwarden.
Een getuigenis van een andere gevangen: Dounia Zlata Wasserstrom was als volgt:
Ein kleiner Junge im Alter von etwa vier bis fünf Jahren sprang vom Lkw herunter. Er hatte einen Apfel in der Hand. Woher die Kinder kamen, weiß ich nicht. In der Tür stand Boger. Das Kind stand neben dem Lkw mit dem Apfel. Boger ging zu dem Kind hin, packte es an den Füßen und warf es mit dem Kopf an die Wand. Den Apfel steckte er ein … Eine Stunde später kam Boger und rief mich zum Dolmetschen. Dabei aß er den Apfel. Das Ganze habe ich mit eigenen Augen gesehen. Das Kind war tot.
Boger stierf in 1977 in gevangenis. Een genadeverzoek van de echtgenote van Boger werd gelukkig niet in behandeling genomen.
______________________
Hieronder volgt zijn getuigenis voor het Auschwitz tribunaal.
Zeuge Willi Leeuwarden (Sprechername)
Geboren: 4. September 1920 in Varel/D
Als Jude verfolgt, von etwa 1938 bis Anfang 1942 im KZ Sachsenhausen, dann einige Monate im KZ Neuengamme, von dort nach Auschwitz deportiert; im KZ Auschwitz vom 23. Oktober 1942 bis Sommer 1943; Arbeitskommando Kanada; Kommando Kasernenbau; Häftlingsnummer 69.735. Nach dem Sommer 1943 u.a. in das KZ Dachau transportiert.
Zur Zeit der Verhandlung: Gastwirt, BRD.
Zeuge der Anklage: Wilhelm Friedrich Boger
And the text written by the judge:
Aussage des Zeugen Leeuwarden
Im Jahre 1937 emigrierte ich als Jude nach Holland, wurde aber von dort nach etwa einem halben Jahr wieder nach Deutschland ausgewiesen. An der Grenze wurde ich sofort der Gestapo ausgeliefert, die mich in das KZ Sachsenhausen einwies. Hier blieb ich bis Anfang 1942, kam dann für kurze Zeit in das Lager Wolfsburg, anschließend in das KZ Neuengamme. Von Neuengamme wurde ich mit einem Transport, der aus 48 Personen bestand, im Oktober 1942 nach Auschwitz verlegt. In Auschwitz kam ich zunächst in den Isolierblock - Block 10 -, später nach Block 5.
Im Frühjahr 1943 arbeitete ich bei dem Kasernenbaukommando. In dem Häftlingskrankenbau traf ich zufällig einen früheren Kameraden wieder. Um diesen zu retten, »organisierte« ich mir eine Flasche Schnaps von einem Zivilisten. Von dem Lagerkapo wurde ich deswegen gemeldet. Der Lagerführer Aumeier bestrafte mich deswegen mit 25 Stockschlägen und mit Stehbunker. Ich mußte tagsüber arbeiten und nachts in den Stehbunker. Zu essen bekam ich in dem Stehbunker nichts. Der Bunkerkapo Jakob steckte mir allerdings heimlich etwas Brot zu. Während des Tages bekam ich auf der Arbeitsstelle warme Suppe. In den Stehbunker mußte ich jeweils abends nach dem Appell. Morgens rückte ich dann wieder mit zur Arbeit aus. Insgesamt verbrachte ich acht Tage im Stehbunker.
Vom Stehbunker aus wurde ich zur Politischen Abteilung geführt. Dort sollte ich vernommen werden. Zunächst mußte ich vor der Baracke warten. Aus dem Innern der Baracke hörte ich Geschrei und Schläge. Plötzlich ging das Fenster auf und ein Häftling wurde aus dem Fenster herausgeschmissen. Der Häftling war in Zivil, seine Haare waren nicht geschoren. Es war ein Pole. Anschließend wurde ich von dem SS-Mann, der den Häftling aus dem Fenster geworfen hatte, hineingerufen. Ich hatte mich gerade gebückt, um dem Häftling Wasser, das ich mit meiner Mütze geholt hatte, zu geben. Ich schüttete schnell das Wasser dem Häftling über das Gesicht. In der Baracke wurde ich dann sofort von dem SS-Mann - ich erfuhr, daß es Boger war - mit Fäusten zusammengeschlagen. Boger trat mich auch. Er hat gar nichts dabei gesagt. Ich nehme an, daß er gesehen hatte, daß ich dem Häftling Wasser gegeben hatte. Zu einer Vernehmung ist es nicht gekommen. Bei dieser Gelegenheit wurde ich auch nicht auf die Schaukel gespannt. Boger gab mir nach dem Schlagen den Befehl, den Häftling wegzubringen. Boger sagte, ich solle das polnische Schwein zurück in das Lager bringen. Unterwegs ist mir der Häftling gestorben. Ich habe ihn am Tor abgelegt. Unterwegs traf ich den Lagerführer Schwarzhuber. Dieser sagte, der Häftling gehöre zu Block 3. Ich mußte ihn daher zum Block 3 bringen. Im Block 3 befanden sich damals etwa 200 bis 500 polnische Zivilisten. Diese hat man zur Politischen Abteilung gebracht und vernommen. Dort sollen viele totgeschlagen worden sein. Die Leute sollen an einem Ort einen Geheimsender gehabt haben. Es gab sehr viele Tote bei diesen Zivilisten. Das weiß ich von dem Blockältesten des Blocks 3. Das war auch allgemein im Lager bekannt. Man hat die Zivilisten vor der Politischen Abteilung stehen sehen.
Den Namen des Häftlings, den Boger aus dem Fenster geworfen hat, weiß ich nicht. Der Häftling war, als er aus dem Fenster stürzte, bereits fast tot.
Auf der Rückseite sind dann deutlich wieder die Worte zu hören: »Von mir ist kein Häftling so geschlagen worden, daß er an den Folgen der Schläge gestorben wäre.«
Ende der Aussage des Zeugen Leeuwarden.
Een getuigenis van een andere gevangen: Dounia Zlata Wasserstrom was als volgt:
Ein kleiner Junge im Alter von etwa vier bis fünf Jahren sprang vom Lkw herunter. Er hatte einen Apfel in der Hand. Woher die Kinder kamen, weiß ich nicht. In der Tür stand Boger. Das Kind stand neben dem Lkw mit dem Apfel. Boger ging zu dem Kind hin, packte es an den Füßen und warf es mit dem Kopf an die Wand. Den Apfel steckte er ein … Eine Stunde später kam Boger und rief mich zum Dolmetschen. Dabei aß er den Apfel. Das Ganze habe ich mit eigenen Augen gesehen. Das Kind war tot.
Boger stierf in 1977 in gevangenis. Een genadeverzoek van de echtgenote van Boger werd gelukkig niet in behandeling genomen.
Testament Drost van Twente gevonden in Zwolle
17 Sep 2009
Een van mijn albums heb ik gewijd aan de laatste drost van Twente: Hendrik Knijpinga Cramer (1756-1815). Ik had al eens geïnformeerd naar zijn testament, maar naar ik vernomen had, zou dit verloren zijn gegaan. Jammer!
Al zoekende naar andere informatie over de drost kwam ik terecht in het archief van het „Historisch Centrum Overijssel” waar veel testamenten gearchiveerd zouden zijn.
Ik besloot de gok te wagen en reisde na mijn werk af naar Zwolle om een gokje te wagen. Het archief met testamenten was moeilijk toegankelijk. Ik moest per notaris zoeken, die vervolgens de inschrijvingen chronologisch opgeschreven hadden, en niemand wist natuurlijk wanneer het testament ingeschreven is. Toen ik in enkele uren tijd de archieven van bijna alle notarissen had doorgewerkt, bleef er maar één notaris over, die alleen in 1811 en 1812 in Ootmarsum had gewerkt. Kleine kans en het archief ging al bijna dicht. Tot mijn grote verrassing vond ik hier toch een vermelding naar het testament. Direct aanvraag gedaan om het op te laten halen in de verwachting dat het niet aanwezig bleek te zijn). Na 10 minuten kreeg ik bericht dat mijn bestelling er was. Een enorm pak papier!! Niet alleen het testament, maar ook een arrest van het Hoog Gerechtshof en een boedelbeschrijving. Geweldig! Omdat het sluitingstijd was, kon ik er niet meer tijd aan besteden, maar ik heb gevraagd alles te kopiëren. Op weg naar huis gebeld met iemand van de historische vereniging in Ootmarsum om het goede nieuws te vertellen.
Vanuit de historische vereniging is de afgelopen jaren veel tijd gestoken in de hertaling van de stukken, en is het de bedoeling dat er tzt een publicatie over geschreven wordt.
Al zoekende naar andere informatie over de drost kwam ik terecht in het archief van het „Historisch Centrum Overijssel” waar veel testamenten gearchiveerd zouden zijn.
Ik besloot de gok te wagen en reisde na mijn werk af naar Zwolle om een gokje te wagen. Het archief met testamenten was moeilijk toegankelijk. Ik moest per notaris zoeken, die vervolgens de inschrijvingen chronologisch opgeschreven hadden, en niemand wist natuurlijk wanneer het testament ingeschreven is. Toen ik in enkele uren tijd de archieven van bijna alle notarissen had doorgewerkt, bleef er maar één notaris over, die alleen in 1811 en 1812 in Ootmarsum had gewerkt. Kleine kans en het archief ging al bijna dicht. Tot mijn grote verrassing vond ik hier toch een vermelding naar het testament. Direct aanvraag gedaan om het op te laten halen in de verwachting dat het niet aanwezig bleek te zijn). Na 10 minuten kreeg ik bericht dat mijn bestelling er was. Een enorm pak papier!! Niet alleen het testament, maar ook een arrest van het Hoog Gerechtshof en een boedelbeschrijving. Geweldig! Omdat het sluitingstijd was, kon ik er niet meer tijd aan besteden, maar ik heb gevraagd alles te kopiëren. Op weg naar huis gebeld met iemand van de historische vereniging in Ootmarsum om het goede nieuws te vertellen.
Vanuit de historische vereniging is de afgelopen jaren veel tijd gestoken in de hertaling van de stukken, en is het de bedoeling dat er tzt een publicatie over geschreven wordt.
Briefje Opa vanuit gevangenis Haagse Veer
16 Sep 2009
Dit briefje is rond 1943 uit de SD-gevangenis „het Haagse Veer” in Rotterdam gesmokkeld, waar mijn grootvader GWK Hugenholtz (1889-1969) gevangen zat. In de periode toen hij gevangen zat zijn er verscheidene malen mensen vermoord als represailles. Het briefje is gericht aan mijn vader: JBT Hugenholtz, geb. 1932. Pas sinds ik zelf jonge kinderen heb van een jaar of 12 realiseerde ik mij wat voor een traumatische ervaring dit moet zijn geweest.
Hierbij de transcriptie:
Lieve Hans, Wat fijn, iets van je te horen. Ja, ik verlang ook naar huis, maar het kan nog wat duren. Doch geen zorg hoor! Ik maak het goed en heb vele vrienden hier! Elke dag luchten we 2x een half uur en dan spreek je veel lui. Hier zit van alles, hoog en laag. Ook de politie is hartelijk voor me en is me in alles ter wille.
Fijn dat je zoo goed zegels ruilde. Dus nog druk met R'dammers. Mr. Musch zal je dus les geven. Doe je best! Veel liefs en 1000 kussen van je Pappa.
Hierbij de transcriptie:
Lieve Hans, Wat fijn, iets van je te horen. Ja, ik verlang ook naar huis, maar het kan nog wat duren. Doch geen zorg hoor! Ik maak het goed en heb vele vrienden hier! Elke dag luchten we 2x een half uur en dan spreek je veel lui. Hier zit van alles, hoog en laag. Ook de politie is hartelijk voor me en is me in alles ter wille.
Fijn dat je zoo goed zegels ruilde. Dus nog druk met R'dammers. Mr. Musch zal je dus les geven. Doe je best! Veel liefs en 1000 kussen van je Pappa.
Kleine familiereünie in Michigan USA
29 Aug 2009
Tijdens een studiereis van anderhalve week door het Noord-Oosten van de VS, moest ik op een vrije zaterdag van Ann Arbor (MI) naar Chicago (IL). Ik zou vlak langs het huis van achternicht Marijke Hugenholtz-Guerin en haar echtgenoot George rijden. Een paar maanden eerder -tijdens de meivakantie- was ik ook al 2 dagen bij hun op bezoek ben geweest, maar dan met Monique en de kinderen.
Uiteindelijk hebben Anne van Leeuwen en Peter Hoffman (die in Detroit wonen) mij opgehaald, en zijn we met z’n allen naar Ceresco (Michigan) gegaan. Toevallig waren de in Groningen wonende ouders van Marijke (93 en 90 jaar oud!) ook in Michigan op vakantie.
Op de foto staan naast ondergetekende,
Martin Hugenholtz, geb. 1916 (zoon van JBT Hugenholtz, predikant en oprichter van Kerk en Vrede); zijn echtgenote; George en Marijke, Peter Hoffman en Anne van Leeuwen. Anne is een achterkleindochter van FWN Hugenholtz (1839-1900), de jongste predikant van de drie broers Hugenholtz van de Vrije Gemeente in Amsterdam, die naar Grand Rapids verhuisde.
‘s Avonds hebben George en Marijke mij op de trein (Amtrak) naar Chicago gezet, waar ik na een uurtje of drie aankwam.
Uiteindelijk hebben Anne van Leeuwen en Peter Hoffman (die in Detroit wonen) mij opgehaald, en zijn we met z’n allen naar Ceresco (Michigan) gegaan. Toevallig waren de in Groningen wonende ouders van Marijke (93 en 90 jaar oud!) ook in Michigan op vakantie.
Op de foto staan naast ondergetekende,
Martin Hugenholtz, geb. 1916 (zoon van JBT Hugenholtz, predikant en oprichter van Kerk en Vrede); zijn echtgenote; George en Marijke, Peter Hoffman en Anne van Leeuwen. Anne is een achterkleindochter van FWN Hugenholtz (1839-1900), de jongste predikant van de drie broers Hugenholtz van de Vrije Gemeente in Amsterdam, die naar Grand Rapids verhuisde.
‘s Avonds hebben George en Marijke mij op de trein (Amtrak) naar Chicago gezet, waar ik na een uurtje of drie aankwam.
Laatste tastbare geschiedenis gezin Erwin Levy
29 Jul 2009
Vakantie brengt je op andere plaatsen. Deze zomer gingen we naar Limburg. Vorig jaar ben ik er achter gekomen dat een neef van mijn grootmoeder, Erwin Levy, in Eygelshoven (bij Kerkrade) heeft gewoond. Hij was met zijn gezin en overige familie Duitsland ontvlucht en naar Israel vertrokken. Wellicht gedreven door heimwee was hij -in tegenstelling tot zijn ouders en broers- teruggekeerd naar Europa. Hij dacht dat het in Nederland (eind jaren ’30) veilig zou zijn, en streek met zijn echtgenote en 3 zoons neer in Eygelshoven (bij Kerkrade). In juli 1942 woonden ze daar in de Laurastraat 89. Na de inval in Nederland zijn ze alsnog opgepakt en gevangen gezet in Vught. Op 8 juni 1943 werden alle kinderen jonger dan 16 jaar op transport gesteld vanuit Vught, via Westerbork, naar het vernietigingskamp Sobibor in Polen. Zij kozen er voor om allebei met hun jongste zoon Dagobert, 13 jaar oud, mee te gaan. Waarschijnlijk zijn zij direct na aankomst vermoord. Van de 3017 gedeporteerden die -net als Erwin en zijn gezin- op 11 juni in Sobibor aankwamen heeft niemand de oorlog overleefd. Hun middelste zoon is enkele maanden later naar Sobibor getransporteerd en vermoord. hun oudste zoon is tijdens de beruchte dodenmarsen van Auschwitz vlak voor het eind van de oorlog vermoord.
Hun voormalige woonhuis herbergt tegenwoordig een fietsenmaker. Dit is -voor zover mij bekend- het laatste tastbare dat aan dit gezin herinnerd. Aangrijpend!
Naschrift: inmiddels is er veeleer meer bekend over het gezin van Erwin Levy (1896-1943). Om hem en zijn gezin niet te vergeten, heb ik een pagina aangemaakt.
Hun voormalige woonhuis herbergt tegenwoordig een fietsenmaker. Dit is -voor zover mij bekend- het laatste tastbare dat aan dit gezin herinnerd. Aangrijpend!
Naschrift: inmiddels is er veeleer meer bekend over het gezin van Erwin Levy (1896-1943). Om hem en zijn gezin niet te vergeten, heb ik een pagina aangemaakt.
Schilderij Axel 1909 Huineman
01 May 2009
Onlangs werd ik gebeld door een familielid dat ze nog wat oude spulletjes voor mij had betreffende de familie. Een week later reisde ik af naar Middelburg. Een van de dingen die ze voor mij gereserveerd had, was een werkelijk schitterend schilderij van Kornelis Jacobus Huineman (1886-1952). Hij heeft in 1909 een tafereeltje geschilderd in de achtertuin van de pastorie in Axel, waar mijn overgrootvader JBTh Hugenholtz (1859-1922) predikant was van 1891 tot zijn dood in 1922. De dame op de achtergrond is de jongere zus van mijn grootvader: Gemma Hugenholtz (1891-1960).
Boek: “het Drostenhuis in Ootmarsum”
30 Mar 2009
Leuk: een boek over een voorouder: Gisteren is dit boek officieel aangeboden, tijdens de 200 jarige herdenking van het bezoek van Lodewijk Napoleon I aan Ootmarsum. ‘s Avonds en de dag erop het boekje gelezen dat over mijn voorvader Hendrik Knypinga Cramer (1754-1815) en zijn woonhuis in het centrum van Ootmarsum gaat. Enkele passages aan Monique laten lezen. Volgens haar moet ik mijn schamen voor zo’n voorouder... Hoe dan ook: leuk dat ik van hem afstam.
Zeer interessante man, die leefde in een periode waar ik eigenlijk niet zoveel vanaf weet: de tijd van de patriotten en de Franse bezetting. Ik ga er zeker meer over lezen.
Zeer interessante man, die leefde in een periode waar ik eigenlijk niet zoveel vanaf weet: de tijd van de patriotten en de Franse bezetting. Ik ga er zeker meer over lezen.
200 jarige herdenking bezoek Koning aan Ootmarsum
29 Mar 2009
Op 29 maar 2009 is de historische stoet door Ootmarsum gereconstrueerd, waarmee Koning Lodewijk Napoleon I, de eerste koning van Nederland, was omringd toen hij in 1809 de stad binnentrok. De koning en zijn gevolg werden op hun tocht door de stad begeleid door de inwoners van Ootmarsum die meeliepen of langs de kant stonden. Ook in 1909 liet men dat feit niet ongemerkt voorbij gaan en werd een feestelijke, historische optocht gehouden, waaraan vele tientallen figuranten deelnamen.
Het eerste deel van de stoet bestond uit koning Lodewijk Napoleon I en zijn gevolg. De Ootmarsumse delegatie bestond uit de Drost Knijpinga Cramer (mijn directe voorouder), de Hofmeier Anthony Voskind van Beverforde (zijn stiefbroer, vriend en later aartsvijand van de drost), de rentmeester van het huis Ootmarsum, de pastoors en dominees etc.
Na de rit per koets zette het gezelschap de tocht te voet voort door het centrum. Het programma werd afgesloten met een gemeenschappelijke liturgische viering in de grote kerk. In deze foto impressie focus ik (uiteraard) op mijn voorouder, de drost Hendrik Knijpinga Cramer (1754-1815).
Het eerste deel van de stoet bestond uit koning Lodewijk Napoleon I en zijn gevolg. De Ootmarsumse delegatie bestond uit de Drost Knijpinga Cramer (mijn directe voorouder), de Hofmeier Anthony Voskind van Beverforde (zijn stiefbroer, vriend en later aartsvijand van de drost), de rentmeester van het huis Ootmarsum, de pastoors en dominees etc.
Na de rit per koets zette het gezelschap de tocht te voet voort door het centrum. Het programma werd afgesloten met een gemeenschappelijke liturgische viering in de grote kerk. In deze foto impressie focus ik (uiteraard) op mijn voorouder, de drost Hendrik Knijpinga Cramer (1754-1815).
Jodenster van mijn overgrootmoeder
01 Mar 2009
Van een nicht van mijn vader kreeg ik een foto van de jodenster die mijn grootmoeder Gretchen Lehmkuhl-Leeuwarden (1977-1952) enige tijd heeft moeten dragen. Dit omdat zij 3 Joodse grootouders had. Door fraude (en het betalen van veel geld), zou het aantal Joodse grootouders teruggebracht zijn tot 2. Dit bood voldoende veiligheid. Vlak voor deportatie kon ze terugkeren vanuit het ghetto van Amsterdam naar mijn grootouders Hugenholtz in Klaaswaal (waar opa Hugenholtz predikant was).
Hugenholtz reünie 2007: nakomelingen JBT Hugenholtz (1859-1922)
27 May 2007
In augustus 2007 is er een reünie gehouden in Hilversum, waarbij nakomelingen van ds. JBTh Hugenholtz (1859-1922) en zijn echtgenote Mathilde Geesink (1865-1942) zijn uitgenodigd. De reünie vond plaats in Hotel Lapershoek te Hilversum.
Foto’s zijn gemaakt door mijn zwager Joost Enkelaar (Joost Enkelaar Fotografie), getrouwd met mijn zus Margreeth, geb. 1966.
De foto’s zijn op zijn site te bekijken.
Foto’s zijn gemaakt door mijn zwager Joost Enkelaar (Joost Enkelaar Fotografie), getrouwd met mijn zus Margreeth, geb. 1966.
De foto’s zijn op zijn site te bekijken.
proefschrift Bloem met Hugenholtz grootmoeder
10 May 2007
Er is een proefschrift over de dichter Jacque Bloem verschenen. Hij is een achterkleinzoon van Nicolaas Hugenholtz (1788-1827), lid van het gerechtshof in Demerary (huidige Georgetown in Brits Guyana). Hij trouwde een inlandse vrouw die na de dood van haar man, met haar twee kinderen naar Nederland kwam. Hun dochter Catharina Petronella Suzanne (1817-1865) was toen dus ongeveer 10 jaar oud. Deze trouwde in 1850 Jacobus Cornelius Bloem (1822- 1902), die minister van financiën was.
Hieronder een citaat uit het proefschrift:
Ook de officiële stamboom van Bloem is kleurrijk. Zijn grootvader was in 1850 getrouwd met zijn eerste vrouw, Catharina Petronella Susanna Hugenholtz, geboren in 1819 te Demerary in Brits-Guyana. Zij is de moeder van Bloems vader, ze stierf een dag na diens achtste verjaardag. De vader van deze Guyaanse dame was een uit Europa afkomstige dominee; haar moeder een vrouw met een zwarte huidskleur uit het land zelf. Bloem heeft het nooit over zijn voorouders, maar volgens Clara Eggink beschouwde hij en zijn familie de negroïde lijn in hun stamboom allerminst als iets beschamends.
Hieronder een citaat uit het proefschrift:
Ook de officiële stamboom van Bloem is kleurrijk. Zijn grootvader was in 1850 getrouwd met zijn eerste vrouw, Catharina Petronella Susanna Hugenholtz, geboren in 1819 te Demerary in Brits-Guyana. Zij is de moeder van Bloems vader, ze stierf een dag na diens achtste verjaardag. De vader van deze Guyaanse dame was een uit Europa afkomstige dominee; haar moeder een vrouw met een zwarte huidskleur uit het land zelf. Bloem heeft het nooit over zijn voorouders, maar volgens Clara Eggink beschouwde hij en zijn familie de negroïde lijn in hun stamboom allerminst als iets beschamends.
Hertaling 146 brieven familie Hugenholtz
01 Nov 2006
Hertaling 146 brieven van de familie Hugenholtz
Door: Bert (C.L. Voorhoeve), Wageningen 1-11-2006.
Tussen de nagelaten papieren van mijn ouders vond ik een paar mappen met oude brieven afkomstig uit de nalatenschap van mijn tante Toos. Het bleken brieven te zijn, geschreven door of aan leden van de familie Hugenholtz tussen juli 1757 en april 1867: 146 brieven plus een gedrukte "huwelijkszang". Tante Toos had al een voorlopige ordening aangebracht naar datum en afzender. Ik ben die brieven gaan lezen en er tenslotte zo in geïnteresseerd geraakt dat ik ze op de computer heb gezet, zoveel mogelijk in chronologische volgorde. Daarbij heb ik de vrijheid genomen om hier en daar korte stukjes die m.i. niet zo interessant waren, voorlopig weg te laten. Verder waren de brieven vaak heel moeilijk te lezen, of door het onduidelijke, ouderwetse handschrift of door het verbleken van de inkt, en vaak was het dan ook niet mogelijk te achterhalen wat er stond. Dit geldt vooral voor eigennamen, waarbij de context geen enkele hulp biedt.
Onze genealogische band met de Hugenholtz familie gaat terug op vader's vader's vader, onze overgrootvader Voorhoeve dus, die getrouwd was met een dochter van de predikant Petrus Hermannus Hugenholtz jr., Catharina Geertruida (petemoei van Tante Toos). Onze overgrootmoeder verloor haar eigen moeder toen ze drie jaar oud was en dat is misschien de reden dat ze zoveel brieven bewaard heeft, brieven die tenslotte via onze grootouders bij tante Toos terecht zijn gekomen. Op het ogenblik worden al deze brieven bewaard in het familiearchief van de Hugenholtzen dat beheerd wordt door G.W.K. Hugenholtz in Leusden die van de geschiedenis van zijn familie een levenswerk heeft gemaakt.
De brieven omspannen een tijdvak vanaf de bezetting van Nederland door de Franse troepen in 1795 via de tijd van Lodewijk Napoleon tot bijna 20 jaar na de Belgische opstand in 1823 – van het voor- industriële tijdperk tot het begin van het industriële, als de moderne tijd wordt ingeluid door (o.a.) de eerste stoombootdienst van Rotterdam op Middelburg. Ze geven een weliswaar gefragmenteerd maar toch interessant beeld van het leven van de domineesklasse in de eerste helft van de 19e eeuw.
Bert (C.L. Voorhoeve), Wageningen 1-11-2006.
De brieven zijn HIER te downloaden.
Door: Bert (C.L. Voorhoeve), Wageningen 1-11-2006.
Tussen de nagelaten papieren van mijn ouders vond ik een paar mappen met oude brieven afkomstig uit de nalatenschap van mijn tante Toos. Het bleken brieven te zijn, geschreven door of aan leden van de familie Hugenholtz tussen juli 1757 en april 1867: 146 brieven plus een gedrukte "huwelijkszang". Tante Toos had al een voorlopige ordening aangebracht naar datum en afzender. Ik ben die brieven gaan lezen en er tenslotte zo in geïnteresseerd geraakt dat ik ze op de computer heb gezet, zoveel mogelijk in chronologische volgorde. Daarbij heb ik de vrijheid genomen om hier en daar korte stukjes die m.i. niet zo interessant waren, voorlopig weg te laten. Verder waren de brieven vaak heel moeilijk te lezen, of door het onduidelijke, ouderwetse handschrift of door het verbleken van de inkt, en vaak was het dan ook niet mogelijk te achterhalen wat er stond. Dit geldt vooral voor eigennamen, waarbij de context geen enkele hulp biedt.
Onze genealogische band met de Hugenholtz familie gaat terug op vader's vader's vader, onze overgrootvader Voorhoeve dus, die getrouwd was met een dochter van de predikant Petrus Hermannus Hugenholtz jr., Catharina Geertruida (petemoei van Tante Toos). Onze overgrootmoeder verloor haar eigen moeder toen ze drie jaar oud was en dat is misschien de reden dat ze zoveel brieven bewaard heeft, brieven die tenslotte via onze grootouders bij tante Toos terecht zijn gekomen. Op het ogenblik worden al deze brieven bewaard in het familiearchief van de Hugenholtzen dat beheerd wordt door G.W.K. Hugenholtz in Leusden die van de geschiedenis van zijn familie een levenswerk heeft gemaakt.
De brieven omspannen een tijdvak vanaf de bezetting van Nederland door de Franse troepen in 1795 via de tijd van Lodewijk Napoleon tot bijna 20 jaar na de Belgische opstand in 1823 – van het voor- industriële tijdperk tot het begin van het industriële, als de moderne tijd wordt ingeluid door (o.a.) de eerste stoombootdienst van Rotterdam op Middelburg. Ze geven een weliswaar gefragmenteerd maar toch interessant beeld van het leven van de domineesklasse in de eerste helft van de 19e eeuw.
Bert (C.L. Voorhoeve), Wageningen 1-11-2006.
De brieven zijn HIER te downloaden.
Promotie afgerond!
07 Dec 2005
Zo, dat was leuk, maar ook goed om weer iets afgerond te hebben…. En zelf ook iets geschreven te hebben over een totaal ander onderwerp. Vandaag ben ik gepromoveerd op het proefschrift: „Antipsychotics in Daily Clinical Practice: Patterns, Choices and Consequences”.
Nu weer meer tijd voor andere zaken.
Nu weer meer tijd voor andere zaken.
Indianentooi in 1817 geschonken vanuit Demerary
23 Nov 2004
Onlangs kreeg ik een bericht de conservator van het museum in Middelburg, dat er in het het museum een indianentooi lag, en hij vroeg zich af of ik kon vertellen hoe deze uitgerekend in Middelburg terecht was gekomen. De indianentooi was geschonken op 9 september 1817 aan het Zeeuws Genootschap uit Demerary (tegenwoordig Georgetown in Brits Guyana) door ene Nicolaas Hugenholtz.
In dezelfde schenking zat ook nog een 'fraaye huid van een Toucanvogel' en 'eene tent of woning der Bokkanezen in 't klein met alderzelver huisraad en gereedschappen' schonk. Deze laatste objecten zijn in de loop der eeuwen verloren gegaan.
Ik kon de conservator van het museum vertellen dat de schenker Nicolaas Hugenholtz (1788-1827), lid van het Hof van Justitie in Demerary. Zijn vader, Frederik Willem Hugenholtz (1758-1808), was predikant in Middelburg. Nicolaas trouwde met een inlandse vrouw, die na zijn dood met haar twee kinderen naar Nederland kwam. De kinderen kwamen terecht in de hogere kringen. Een van de dochters, Catharina Petronella Susanna Hugenholtz trouwde met J.C. Bloem (1822-1902), minister van financiën. Ze zijn de grootouders van de dichter Jacques Bloem.
eigendom: Zeeuws Museum. collectie Zeeuws Genootschap (geplaatst met toestemming)
fotograaf: Ivo Wennekes
In dezelfde schenking zat ook nog een 'fraaye huid van een Toucanvogel' en 'eene tent of woning der Bokkanezen in 't klein met alderzelver huisraad en gereedschappen' schonk. Deze laatste objecten zijn in de loop der eeuwen verloren gegaan.
Ik kon de conservator van het museum vertellen dat de schenker Nicolaas Hugenholtz (1788-1827), lid van het Hof van Justitie in Demerary. Zijn vader, Frederik Willem Hugenholtz (1758-1808), was predikant in Middelburg. Nicolaas trouwde met een inlandse vrouw, die na zijn dood met haar twee kinderen naar Nederland kwam. De kinderen kwamen terecht in de hogere kringen. Een van de dochters, Catharina Petronella Susanna Hugenholtz trouwde met J.C. Bloem (1822-1902), minister van financiën. Ze zijn de grootouders van de dichter Jacques Bloem.
eigendom: Zeeuws Museum. collectie Zeeuws Genootschap (geplaatst met toestemming)
fotograaf: Ivo Wennekes
Villa Mathilde in Hilversum
29 Dec 2003
Al jaren wist ik dat er een “villa Mathilde” in Hilversum moest bestaan. Dit was het vakantiehuis van mijn mijn betovergrootouders Geesink-Reuver, als de zomers in de grachtengordel van Amsterdam te warm werden. In de kerstvakantie heb ik een middag doorgebracht in het gemeentelijk archief in Hilversum. Aldaar een heleboel informatie over de familie gevondene en tevens de locatie van “Villa Mathilde”. De naam op het huis was verdwenen en ook het adres was anders. Tegenwoordig is het adres: De Rijklaan 1 te Hilversum. In 1887 zijn mijn overgrootouders Hugenholtz-Geesink in Hilversum getrouwd en is hun trouwfoto daar ook genomen.